Er waren bedenkingen toen NAC in januari Stijn Vreven (43) aanstelde als nieuwe trainer. Nog geen vijf maanden later is de Belg de coach achter de sensationele promotie. Een openhartig gesprek.
Op het trainingscomplex van NAC in Zundert heerst een serene rust. Je zou niet denken dat NAC zojuist de man die ze naar de Eredivisie schoot, Cyriel Dessers, aan FC Utrecht heeft verkocht. Trainer Stijn Vreven loopt opvallend monter rond voor een trainer die net zijn beste speler heeft zien vertrekken. Hij kent de wetten van de voetballerij en lijkt nauwelijks verrast. ‘Ik gun het hem ook’, geeft hij toe. Dessers gaat uitgerekend naar Utrecht, de club waar Vreven in Nederland de status van cultheld verkreeg. ‘Maar hij heeft me niet naar Utrecht gevraagd. Dat had ik ook ongepast gevonden, aangezien we alle focus op de play-offs hadden.’
Hier in Zundert zal Dessers niet meer verschijnen, Vreven is er dit seizoen voor het laatst. De vakantie lonkt, maar echt verheugen doet de trainer zich er ook weer niet op. ‘Wel op de rust na deze hectische weken. Ik ga ook wel op vakantie, maar ik kan het voetbal eerlijk gezegd maar moeilijk loslaten. Jammer genoeg eigenlijk, ik zou het graag willen. Ik voel me er weleens schuldig over dat ik altijd weer met een halve hersenpan met voetbal bezig moet zijn. Het is de aard van het beestje, ik kan er niets aan doen.’
De interview-afspraak met de Belgische trainer was zondag in de catacomben van De Goffert al gemaakt. Terwijl zijn spelers hun uitbundigheid daar nauwelijks konden beteugelen, de NEC-spelers ongelovig voor zich uit staarden en buiten het stadion teleurgestelde supporters hun onvrede in woord en gebaar duidelijk maakten, was Vreven de rust zelve. De superfanatieke, soms schreeuwende, altijd meelevende coach die vaker aan de zijlijn dan op zijn bank is te vinden, kiest zijn woorden weldoordacht en met precisie. Hij heeft zijn analyse al paraat, kijkt al vooruit naar het komende seizoen en uit zijn vreugde op een ingetogen manier. ‘Komende week is prima’, reageert hij op het verzoek. Zondag en maandag laten we Vreven feesten, op dinsdag maken we de afspraak. ‘Iedereen wil iets van ons deze week. Is ook mooi natuurlijk. We doen er weer toe. Ik doe alles op één dag deze week en dan is het even klaar’, laat hij weten. Op donderdag schuiven we aan. Er is tijd voor de vaste volgers ingeruimd en er is tijd voor technische zaken. Nu de slingers zijn opgeruimd en de ballonnen leeggelopen, wacht de realiteit: het bouwen aan een Eredivisie-ploeg, luidt de opdracht.
Uitbundigheid
Met een fles water in de hand en in zijn vrijetijdsoutfit ziet Vreven eruit als een toerist die met dit mooie weer richting het strand slentert. Vreven is ontspannen. De trots straalt nog van zijn gezicht. Er is ook geen enkele reden om die trots te verbergen. Hij heeft het geflikt met NAC, terug naar de Eredivisie. ‘Maar laten we wel realistisch blijven, NAC stond geen twaalfde toen ik kwam. Onder Marinus Dijkhuizen hadden ze heel wat punten gehaald.’