Klaas Jan Huntelaar is de eerste Ajacied deze eeuw die de mijlpaal van honderd Eredivisie-goals voor de Amsterdammers heeft bereikt. En dan is de 35-jarige spits nog maar bezig aan zijn vijfde seizoen bij Ajax. Een duik in de cijfers van The Hunter.
In de 53ste minuut is het woensdagavond dan eindelijk zo ver. De jubileumgoal van Huntelaar is in zekere zin ook een typerende. Via Donny van de Beek valt de bal in een open ruimte in het strafschopgebied van de Emmenaren. De Ajax-spits reageert het alertst, zoals hij dat al zo vaak gedaan heeft in zijn carrière. Een perfect gevoel voor waar de bal gaat vallen in combinatie met vinnig handelen. Het licht getoucheerde schot komt niet in de eregalerij met zijn mooiste goals, bij lange na niet.
Gevraagd naar zijn honderd goals zegt Huntelaar tegen clubwatcher Freek Jansen: 'Na de wedstrijd tegen VVV, toen ik gescoord had (nummer 99, red.), hadden ze het erover. Tot dat moment was ik me er helemaal niet van bewust. Maar na mijn goal woensdag in Emmen wist ik wel direct dat het mijn honderdste Eredivisie-doelpunt voor Ajax was. Leuk, bijzonder. De mooiste? Ik heb geen idee. Vroeger als jeugdspeler hield ik alles bij, maar nu kan je het overal op internet vinden. Ik kan me ook echt niet alle goals voor de geest halen. Wel weet ik dat ik eens een omhaal tegen Heracles heb gemaakt, dus dat kan wel de mooiste zijn.'
Huntelaar staat symbool voor een type spits dat dreigt uit te sterven in de Nederlandse top. De meesters van het strafschopgebied zijn het slachtoffer van de evolutie van de buitenspelers, die steeds doelgerichter spelen en wiens acties minder gericht zijn op het bedienen van de nummer 9. Vorig seizoen wordt Alireza Jahanbakhsh als rechtsbuiten nog topscorer van de Eredivisie, terwijl er met Steven Berghuis en Hirving Lozano nog twee flankaanvallers in de topvijf staan. Die ontwikkeling maakt de prestatie van Huntelaar des te unieker.