De ogen bij Frankrijk zijn vaak gericht op Kylian Mbappé, maar tegen Denemarken viel ook Antoine Griezmann in positieve zin op. Als aanvallende middenvelder heeft de speler van Atlético Madrid, die vijf jaar geleden voor het laatst een interland miste, een sleutelrol onder bondscoach Didier Deschamps.
Hoe moeilijk Griezmann het de afgelopen jaren had in Spanje, bij Frankrijk bleef hij verzekerd van zijn plaats. Drieënhalf jaar geleden stapte de wereldkampioen van 2018 voor liefst 120 miljoen euro over van Atlético naar Barcelona. Jarenlang was hij de ster in Madrid, waar hij aan de lopende band scoorde en in beeld kwam bij de nationale ploeg. Voor Les Bleus staat de teller na zaterdag op liefst 112 interlands. Slechts vijf spelers kwamen ooit tot meer optredens namens Frankrijk en maar twee spelers scoorden vaker. Griezmann maakte tot nu toe 42 goals, terwijl ploeggenoot Olivier Giroud Thierry Henry van de troon probeert te stoten in de jacht op zijn 52ste interlandgoal.
Over de transfer naar Barcelona is al genoeg gezegd en geschreven. Griezmann werd de topaankoop van de Catalaanse club, maar zoals wel meer topaankopen de afgelopen jaren deden, kon ook hij niet aarden in Camp Nou. Tel daarbij zijn salaris op en het feit dat het inmiddels noodlijdende Barça anderhalf jaar geleden weer van hem af wilde, klinkt logisch. Atlético hapte op Deadline Day toe en haalde Griezmann terug naar Madrid. Met acht goals en zeven assists was zijn oogst daar afgelopen seizoen redelijk te noemen, maar nog niet geweldig. Toch hield bondscoach Deschamps altijd een plekje voor hem vrij bij de Franse ploeg.