Met zijn gewonnen rechtszaak tegen SEG heeft Stefan de Vrij (30) een klap uitgedeeld aan de makelaarswereld. De verdediger van Internazionale kreeg door de rechtbank Amsterdam vandaag 4,75 miljoen euro toegewezen. Deze schadevergoeding is een gevolg van onduidelijkheid over welke pet zijn zaakwaarnemers nou precies op hadden en een gebrek aan transparantie over de vergoeding.
De uitspraak lijkt consequenties te hebben voor de modus operandi van zaakwaarnemers. In de transferindustrie is het bepaald niet ongebruikelijk dat makelaars bij deals meerdere heren dienen en ook is er weinig standaard regelgeving voor de betalingen. Er is een wildgroei aan type declaraties, percentages lopen sterk uiteen en de transparantie is beperkt. Dat is in feite al decennia zo, maar de 55-voudig international van Oranje was de eerste topspeler die naar de rechter stapte.
Kort gezegd kwam het erop neer dat de centrale verdediger aanvankelijk tevreden was over de diensten van SEG. Sinds zijn zestiende liet De Vrij zich bijstaan door het Amsterdamse kantoor, dat momenteel de belangen behartigt van onder anderen Daley Blind, Marten de Roon en Cody Gakpo. Beide partijen werkten samen op basis van vertrouwen, zonder de onderlinge samenwerking op papier te zetten. SEG regelde zijn eerste contracten bij Feyenoord, begeleidde de transfer naar Lazio en was in 2018 betrokken bij de deal naar Internazionale, waar zijn salaris vervijfvoudigde naar vier miljoen netto per jaar (exclusief bonussen).
