Als er één club bedreven is in wonderbaarlijke ontsnappingen, is het Roda JC wel. De Kerkradenaren wurmden zich het afgelopen decennium al verschillende keren door het oog van de naald.
Of het nou via een nachtelijke strafschoppenserie in Leeuwarden, een paar uitspattingen van het linkerbeen van Mark Jan Fledderus of een ultieme reddingsoperatie van calamiteitenman Huub Stevens was; vanuit geslagen positie wist Roda zich keer op keer aan de verdoemenis te ontworstelen. Of dat dit seizoen weer gaat lukken is nog maar de vraag, maar de Limburgse Houdini’s zijn in ieder geval weer aardig op weg. Een maand geleden leek het laatste strohalmpje geknakt na de 0-2 nederlaag tegen Sparta Rotterdam. Op sommige begrafenissen is de sfeer beter dan op die late zaterdagavond in het Parkstad Limburg Stadion. Spelers en trainers van Roda doolden als geslagen boksers door de gangen. Hier en daar werd al een traantje weggeveegd.
Maar zie, zaterdagavond was het alweer carnaval in Kerkrade. Na achtereenvolgende zeges op NAC Breda (0-1), Vitesse (0-3) en PEC Zwolle (3-2) ziet de wereld in de voormalige mijnwerkersstad er plots weer heel anders uit. Hoewel met de veilige vijftiende plaats nog altijd een gat van vier punten gaapt, is het geloof weer helemaal terug bij de ervaren ontsnappingskunstenaars. De wederopstanding líjkt uit het niets te komen, maar er is wel degelijk een aantal cruciale factoren aan te wijzen.