Snel en direct of juist langzaam en met veel passes. Dit is hoe alle achttien clubs dit seizoen de aanval zoeken in de Eredivisie en hoe dat veranderd is ten opzichte van afgelopen jaar.
Door alle interlandonderbrekingen voelt het misschien niet zo, maar ruim een derde van het Eredivisie-seizoen zit er al op. Liefst 35 procent van de wedstrijden van deze campagne zijn gespeeld. Daardoor is het mogelijk om een beeld te krijgen van de speelstijl van alle achttien clubs, en hoe dat is veranderd ten opzichte van afgelopen seizoen.
Zo’n speelstijl laat zich niet makkelijk vangen in een paar statistieken en gaat uiteraard over veel meer dan alleen de momenten in balbezit. Maar het is wel interessant om te zien op welke manier ploegen de aanval zoeken. Databureau Opta maakt dat inzichtelijk aan de hand van twee indicatoren: het gemiddeld aantal passes per aanval en de snelheid waarmee de weg naar voren wordt ingezet. Dat laatste wordt gemeten met het aantal meters per seconde dat wordt overbrugd richting het doel van de tegenstander.
Als je die cijfers combineert en in een grafiek giet, kun je zien of teams snel en direct spelen, of juist langzaam en met veel passes opbouwen.