Het nieuwe stadion voor Feyenoord is verder weg dan ooit. De clubleiding drukt gedwongen op de pauzeknop. ‘We zullen langer hier in De Kuip spelen, zoveel is wel zeker.’
Een goed plan verkoopt zichzelf. We draaien de Coen Moulijnweg af en komen aan op de bestemming: Van Zandvlietplein 1 te Rotterdam. Leen van Zandvliet was de voorzitter die in 1934 bedacht dat Feyenoord – toen nog Feijenoord, naar de gelijknamige wijk – een nieuw stadion moest hebben. Met twee vrijstaande ringen, een beetje zoals Highbury van Arsenal. Hij vond een investeerder, liet de boel tekenen en twee jaar later stond er een enorme kolos op Rotterdam-Zuid. Van Zandvliet was zó snel gegaan, dat het stadion nog maanden leeg stond voordat de gemeente de toegangswegen eindelijk een keer had kunnen aanleggen.