De scout die hem ontdekte had een gek voorgevoel. Enzo Fernández lag op zijn hotelkamer toen hij een appje kreeg van de talentenjager die hem op vijfjarige leeftijd voor het eerst zag voetballen. De scout vertelde hoe trots hij was en dat er een traan over zijn wang rolde toen hij mocht invallen tegen Saoedi-Arabië. Hij voegde eraan toe dat hij morgen ging scoren. Tegen Mexico, de dag daarop, moest hij gewoon een keer van afstand op doel schieten en dan zou het goedkomen.