FC Volendam koerst af op degradatie. Het Andere Oranje liet zich vrijdagavond wel heel makkelijk naar de slachtbank leiden door een moegestreden NEC, dat dinsdag nog uitkwam in het bekertoernooi. Maar waar bij sommigen in het Kras Stadion al berusting te merken was, weigerde trainer Regillio Simons de handdoek al te gooien.
Naïef is Simons allesbehalve. De trainer weet ook dat Volendam nog maar tien wedstrijden heeft om het vege lijf te redden in de Eredivisie. Aangezien er slechts dertien punten zijn gepakt in de eerste 24 speelrondes is de kans op handhaving bijzonder klein voor zijn ploeg. Gezien dat perspectief en de manier waarop Volendam vrijdag voor de dag kwam tegen NEC was het niet vreemd dat Simons na de wedstrijd in gesprek met de pers soms even zuchtte of iets langer nadacht over het antwoord dat hij ging geven. Simons probeert perspectief te zien voor Volendam, hoe moeilijk dat in deze fase van het seizoen ook is.
We zijn dit seizoen best vaak op voorsprong gekomen, maar dan gaat het erom wat er daarna gebeurt.
Concurrenten tonen in ieder geval nog weerbaarheid en strijdlust. Ze gaan niet zomaar ten onder richting de Keuken Kampioen Divisie. Vitesse heeft ondanks het lage aantal doelpunten nog vertrouwen in een goede afloop en ook RKC Waalwijk laat zich niet zomaar opzijzetten. Dat laatste deed Volendam nu juist wél tegen NEC. De moegestreden Nijmegenaren die dinsdag nog een verlenging speelden in de halve finale van het bekertoernooi tegen SC Cambuur (1-2 winst) hadden zelfs op halve kracht weinig te duchten van Volendam. De ploeg van Simons bleek voor NEC de ideale tegenstander. De hekkensluiter scoorde weliswaar als eerste, maar nadat er een streep ging door de openingstreffer van Vivaldo Semedo sloeg NEC voor de rust hard toe met treffers van Sontje Hansen, Kodai Sano en Sylla Sow.