Het 3-3 gelijkspel tegen Slavia Praag voelde voor Feyenoord als een nederlaag, maar het elftal van Arne Slot heeft nog alle kans op de halve finale. Als het volgende week in het Sinobo Stadion drie dingen beter doet dan het donderdagavond deed in De Kuip.
I: SCHERPTE
Als Feyenoord ergens op kan terugvallen, is het karakter. Ook tegen Slavia Praag weigerde de ploeg te capituleren, op het moment dat het had gekund. Van 1-0 (Luis Sinisterra), stond het na 67 minuten 1-2 en brak een fase aan waarbij de 1-3 meer in de lucht hing dan de 2-2. Niet doordat de Tsjechen zo goed waren, wel vanwege het feit dat Feyenoord zelf niet meer deed wat hij voor rust wel goed uitvoerde (zie punt 3).
Maar de Tsjechische goal viel niet en Feyenoord bleef erin geloven. Arne Slot wisselde zijn spits en aanvallende middenvelder en de invallers Cyriel Dessers en Jens Toornstra brachten de energie en het geloof terug. Eerst maakte Marcos Senesi de gelijkmaker met zijn borst uit een assist van Dessers, daarna schoot Orkun Kökcü een vrije trap ineens binnen onder de flaterende Tsjechische doelman Ondrej Kolar. Daarmee lag de gewenste uitgangspositie voor het grijpen.