Bijna vijftien jaar na de aftrap van het duel Messi-Ronaldo zorgt een nieuw duo uitzonderlijke spitsen voor de aflossing van de wacht. De steile opmars van Kylian Mbappé en Erling Haaland begon zeven jaar geleden en loopt soms opvallend parallel. Reconstructie van een dubbele uitbarsting van talent.
30 juni is een soort tussenperiode. Zo’n dag waarop het geen school meer is, maar ook nog geen vakantie. Een dag waarop je normaal gezien niet al te veel verwacht van een tiener, en al zeker geen overuren. Daarop lijkt Erling Haaland in 2018 geen uitzondering. Daags voor de wedstrijd tegen Brann Bergen sloft de zeventienjarige aanvaller met zijn hoofd naar beneden naar de kleedkamer van Molde FK. Op de training heeft hij al de hele week geen doelpunt gemaakt.
Zijn coach, Ole Gunnar Solskjaer, beent naar hem toe. De voormalige luxe-invaller van Manchester United neemt 25 minuten de tijd voor een bijles die de geschiedenis zal ingaan. Een beetje advies, wat onschuldige handgebaren, een paar simpele schouderklopjes. In het hoofd van Haaland gaat er een knop om.