Het andere grote probleem van Ajax

‘Een gekke gewaarwording’, noemde Steijn deel twee van De Klassieker woensdagmiddag. De Ajax-trainer had een speciaal plan gefabriceerd om een ongekende comeback te forceren. Met een extra spits in de persoon van Chuba Akpom wilden de Amsterdammers vol op zoek naar een aansluitingstreffer en daarna, wellicht, meer.

Die ambitie was woensdag in de Johan Cruijff Arena werkelijk geen seconde terug te zien. Arne Slot voerde met Ramiz Zerrouki een succesvolle tegenzet door en Feyenoord greep direct het initiatief. Binnen drie minuten was de wedstrijd gespeeld: 0-4. Ajax viel vervolgens op pijnlijke wijze uit elkaar. ‘We gingen als eilandjes spelen’, concludeerde een verbitterde Branco van den Boomen achteraf op de persconferentie.

Over de dramatische restverdediging bij Ajax is al veel geschreven. Zo makkelijk als Feyenoord en Olympique Marseille de afgelopen weken aan de doelpunten kwamen, is een topclub onwaardig. In een gesloten Johan Cruijff Arena was het ook woensdag weer open huis. Niet voor niets stipte Steijn dat aan als grootste punt van zorg.

Toch is de aanvallende onmacht van Ajax minstens zo zorgwekkend. Steijn stelde woensdag vier pure aanvallers op tegen Feyenoord, maar in 35 minuten kwamen zij tot één schot op doel. Zoals er in de eerste 55 minuten ook slechts één poging tussen de palen was afgeleverd. Samen waren alle doelpogingen van Ajax in deze Klassieker goed voor 0,30 expected goal. In de laatste dertien (!) Eredivisie-seizoenen is het slechts één keer gebeurd dat Ajax nog minder creëerde.

Het is ook de eerste keer sinds 2010 dat Ajax drie wedstrijden op rij tot minder dan één expected goal komt. Tegen Fortuna Sittard en FC Twente gebeurde dat al en in De Klassieker opnieuw. Op zijn persconferentie vertelde Steijn woensdag het niet eens te zijn met de stelling dat Ajax creatief tekortschiet.