Het trieste einde als nieuw begin. De dag nadat de degradatie een feit werd, is de dag van de noodzakelijke herstart. NAC Breda wacht een zomer vol vragen.
Terwijl in de catacomben van het Abe Lenstra Stadion NAC-aanvoerder Menno Koch en middenvelder Mounir El Allouchi met betraande ogen de pers te woord staan, geeft algemeen directeur Luuc Eisenga zijn visie op de degradatie voor de camera van FOX Sports. Eén zin blijft hangen. Die ene zo logische, maar ook zo gevaarlijke zin. ‘Er is maar één doel, dat is promotie’, zegt Eisenga. Hij moet wel, hij kan moeilijk zeggen dat een club als NAC Breda het na de onvermijdelijke en terechte afdaling een jaartje rustig aan gaat doen. Het volkomen begrijpelijke antwoord vertelt echter ook het hele verhaal achter het demasqué van De Parel van het Zuiden. Iedereen die op wat voor manier dan ook erbij betrokken is, vindt NAC een Eredivisie-club. Op vele vlakken is dat verdedigbaar, alleen op dat ene niet onbelangrijke terrein is het niet zo. Op het veld is er niks Eredivisie-waardigs aan NAC.