Kas de Wit is deze zomer misschien wel de meest multifunctionele speler van NEC. En dat terwijl hij nog wacht op zijn officiële debuut. Tijdens een gesprek met de 21-jarige middenvelder blijkt dat hij vooral blij is om na een slepende blessure weer te voetballen en dat de pirouetjes op het veld niet uit de lucht komen vallen. De Wit vertelt over een bijzonder verleden in Brazilië.
Als hij na de oefenwedstrijd tegen Olympiakos Piraeus van het veld stapt en hoort dat hij een interview heeft, kijkt Kas de Wit toch even verbaasd op. Ja, VI wil graag even met hem spreken. De Wit, die vrijdag 21 jaar werd, is in de voorbereiding immers een opvallende naam bij NEC. Hij speelde nog geen minuut in een officiële wedstrijd voor de Nijmeegse hoofdmacht, maar mocht tot nu toe wel in alle oefenwedstrijden opdraven. Trainer Rogier Meijer gebruikt De Wit daarbij op verschillende posities. Op de voor hem bekende plek als aanvallende middenvelder, maar ook als linksback en tegen Olympiakos als spits.
Het maakt De Wit allemaal niet veel uit. Ja, hij is van origine een aanvallende middenvelder, maar als Meijer hem als keeper in wil zetten, is dat bij wijze van spreken ook goed. ‘Het hoort ook een beetje bij de voorbereiding, hè’, zegt De Wit nuchter. ‘Soms kom je mensen tekort. Ik probeer de posities gewoon in te vullen. Ik ben van nature middenvelder, daar speelde ik tegen Hertha BSC ook. Nu in de spits, daar kan ik ook wel uit de voeten. Het belangrijkste is dat ik speel. Maar ja, linksback spelen was wel even wennen. Dat was ook eenmalig, hoor.’