De teleurstellende seizoenstart en een enorme corona-besmettingsgolf weerhielden AZ niet van een stunt in Napels. Met een hoofdrol voor gelegenheidsspits Dani de Wit, die zichzelf én zijn statistieken overtrof.
Hij stond er ietwat besmuikt bij te kijken, eerder dit jaar op het trainingscomplex in Wijdewormer. Dani de Wit nam zijn eerste seizoen in AZ-dienst onder de loep en op zich had de middenvelder genoeg vrolijks om op terug te blikken. De gedeelde koppositie bijvoorbeeld, op het moment dat de competitie vervroegd werd beëindigd. De twee overwinningen op Ajax, zijn oude club. En de basisplaats die hij meteen na zijn komst had afgedwongen en vastgehouden. Niettemin knaagde er nog iets: zijn geringe bijdrage aan de doelpuntenproductie. Tijdens het Spaanse trainingskamp in de winterstop had De Wit er nog met zijn trainer Arne Slot over gesproken. ‘Ik weet dat mijn voornaamste verbeterpunt het rendement is’, beaamde de aanvallende middenvelder. ‘Het duurde lang voordat ik begon te scoren bij AZ. Op een gegeven moment gaat dat knagen. Omdat ik weet dat ik scorend vermogen in me heb.’