Johan Cruijff had een zak geld nog nooit zien scoren. Niks tegenin te brengen natuurlijk. Dat neemt niet weg dat voetbal wel van een spelletje is geëvolueerd naar een miljardenindustrie. In de rubriek Munten & Punten bespreekt VI-verslaggever Tom Knipping onderwerpen op de grens van commercie, financiën en sportieve prestaties. We trappen af met de verdeling van het Champions League-geld en de positie van Ajax.
'De Europese top blijft het doel', stelde Edwin van der Sar vorige maand na de uitschakeling in de Champions League. De Ajax-directeur wil de komende jaren nog vaker internationaal verrassen. Een ambitie die de UEFA als muziek in de oren klinkt. Voorzitter Aleksander Ceferin greep de spectaculaire halve finale van vorig jaar aan om zijn visie voor gelijkere kansen te onderstrepen. 'We moeten clubs als Ajax beschermen', aldus de Sloveen die zich bij zijn aanstelling presenteerde als een soort Robin Hood die de kloof tussen de megaclubs en de rest zou gaan verkleinen.
Ajax werd vorig jaar bovendien als voorbeeld gesteld om de eerste schetsen voor een gesloten Champions League te verantwoorden. 'Mogelijk moet Ajax nu spelers verkopen, omdat het onduidelijk is of ze volgend jaar weer mee mogen doen', reageerde Ceferin toen er een storm van kritiek kwam op het beoogde systeem met promotie en degradatie tussen drie Europese niveaus. Het idee was dat clubs als Ajax met zo'n gesloten piramide meer zekerheid zouden krijgen over Europese deelname en zich daardoor beter zouden kunnen wapenen. Het is echter maar de vraag of daarmee ook de kans op prijzen zou toenemen. In werkelijkheid doet diezelfde UEFA er met de geldverdeling alles aan om de plannen van Ajax te dwarsbomen en te regelen dat de superclubs hun voorsprong nog verder uitbouwen.