Peter Hyballa is woensdagochtend na 238 intense dagen aan de kant gezet door NAC Breda. De club ontsloeg de publiekslieveling al na vijf competitiewedstrijden. Voor de buitenwacht een donderslag bij heldere hemel, maar intern een besluit waar uitvoerig over nagedacht is.
Terug naar 18 januari van dit jaar. Breda schudt even op haar grondvesten. De club, de winterstop ingegaan als nummer veertien van de Keuken Kampioen Divisie, is op dat moment stuurloos. Robert Molenaar is ontslagen, omdat er volgens de club intern onvoldoende draagvlak is voor het aanblijven van de coach. Tot ieders verrassing wordt 22 dagen later Hyballa gepresenteerd als nieuwe hoofdtrainer. De rehabilitatie van Hyballa is opmerkelijk, omdat de oefenmeester medio 2020 na een kort dienstverband al ontslagen is als trainer van de Bredanaars. Na een explosief interview in de regionale krant haalde de Duitser uit naar toenmalig technisch manager Tom Van den Abbeele. Omdat het duo, dat in onmin met elkaar leefde, weigerde de ruzie bij te leggen, eindigt het eerste deel van het verhaal van Hyballa op dat moment per direct.
Het zorgt voor ongeloof bij het gros van de achterban. De volksclub lijkt Hyballa namelijk als een warme jas te passen. In zijn korte dienstverband van een halfjaar laat hij spelers die later transfersommen opleveren, zoals Arno Verschueren en Jan Paul van Hecke, excelleren. Daarnaast haalt NAC de halve finale van het bekertoernooi, terwijl de weg omhoog op de ranglijst is gevonden. En bovenal: de voetbalfilosofie, Hyballa predikt het Duitse Vollgasfussball, en het explosieve, maar eerlijke karakter van de oefenmeester slaan aan in Breda. Achter de schermen is de situatie echter onhoudbaar geworden, concludeert de clubleiding dan al.