Ze delen een historie. Bij VOAB, bij Willem II, maar ook bij AZ en Feyenoord. Algemeen directeur Martin van Geel (60) en technisch directeur Joris Mathijsen (41) vormen samen de directie van de Tilburgse club, die vandaag haar 125-jarig bestaan viert. Over hun eigen Willem II-verleden, het voorbije tegenvallende seizoen, de positie van Willem II in het vaderlandse voetballandschap en de toekomst van De Tricolores. ‘Wij willen ook 150 jaar worden.’
Dit interview is afkomstig uit de nieuwste VI. Bekijk hier wat er nog meer in de laatste editie staat!
‘Ik heb Joris zijn eerste contract gegeven’
Beiden begonnen ze hun betaaldvoetballoopbaan in Tilburg. Van Geel gaat terug naar het allereerste begin. ‘In mijn tijd was er nog geen jeugdopleiding, toen werd je nog niet op acht- of negenjarige leeftijd gescout. Ik ben begonnen bij wat toen nog het C-elftal heette. Ik zat wel bij het Nederlands jeugdelftal, daar zaten twee, drie amateurspelers bij. Er was wel interesse van Ajax en Anderlecht, maar ik wilde het atheneum afronden en besloot in de buurt te blijven door naar Willem II te gaan. Binnen een maand werd ik samen met Ton van de Ven – ook ex-VOAB – doorgeschoven. Met vijftien jaar stond ik in VOAB 1, met zestien jaar debuteerde ik voor Willem II in de Eerste Divisie, uit tegen FC Groningen. Als jongetje ging ik bij VOAB kijken of bij Feyenoord. Van jongs af aan was ik Feyenoord-supporter. Als je Willem van Hanegem ziet spelen, de UEFA Cup-winst meemaakt, het afscheid van Coen Moulijn meemaakt, dat maakt zo’n indruk. Bij de Europa Cup I-winst was ik tien. Maar Willem II wordt je club, als speler en directeur heb ik mooie tijden meegemaakt. Na twee jaar vertrok ik naar Ajax, na de promotie tegen Telstar.’
