Hij was maar 1 meter 80 groot, maar misschien wel de beste kopper van allemaal. Onze Zuid-Amerikaanse paradijsvogel van vandaag is Iván Zamorano. De Chileen groeide in het seizoen 1994/95 uit tot een van de meest onverwachte Real Madrid-helden ooit.
Bij iedere voetballer is er wel een moment waarop de top lijkt bereikt. Tot hier en niet verder, het talent is maximaal benut. Voor Zamorano lijkt dat in de zomer van 1994 zo te zijn. Hij heeft dan al een geweldige weg afgelegd, vanaf het Chileense Cobresal naar Sankt Gallen, Sevilla en uiteindelijk Real Madrid. Spelen in het Madrileense wit is het summum. Na twee seizoenen in Estadio Santiago Bernabéu lijkt het echter over voor de spits. Coach Jorge Valdano maakt bekend dat hij de vijfde in rang is voorin, de situatie is uitzichtloos. Althans, zo zou het zijn voor ieder ander. Maar niet voor Bam Bam.