De KNVB moet op zoek naar een nieuwe directeur topvoetbal. Een half jaar voor zijn vertrek vertelt Nico-Jan Hoogma (53) over zijn beweegredenen, het mislukte EK en de wederopstanding van Oranje onder bondscoach Louis van Gaal.
Waarom vertrekt u komende zomer, een paar maanden voordat Oranje het WK in Qatar gaat spelen?
‘Tijdens mijn vakantie, na de interlandperiode in oktober, ben ik gaan nadenken over mijn aflopende contract. In combinatie met het vertrek van Louis van Gaal na het WK. Ik vind: als je een nieuwe bondscoach aanstelt, moet je die volledige cyclus gaan meedraaien. Dan heb je het in principe over vier jaar. Dat vond ik te veel en te ver.’
Speelden er ook werkinhoudelijke aspecten mee?
‘Vooropgesteld: dit is een prachtbaan. Maar als voetbaldier vind ik de lange periodes zonder interlandvoetbal minder. Dan is er genoeg te doen, op het gebied van beleidszaken en planning. Hartstikke interessant, maar in die periodes mis ik de spanning van de wedstrijden. Het met elkaar toewerken naar die ontlading, steeds weer opnieuw. Je kunt het vergelijken met de clubtrainer die bondscoach wordt. Dan hoor je vaak dat ze het dagelijkse werken met spelers missen. Dat herken ik wel. Je moet het ervaren om te weten hoe dat is.’
Voormalig KNVB-directeur betaald voetbal Bert van Oostveen vroeg zich destijds af wat een technisch directeur de hele week zou moeten doen.
‘Tja. We hebben het over een vóétbalbond. In ons beleidsplan 2018-2022 hebben we het voetbal centraal gesteld. Dat klinkt logisch, maar dat was het blijkbaar niet. Bij alle beleidsbeslissingen hebben we nu een voetbalbril op. Met steeds dezelfde centrale vraag: hoe dienen we de voetbalsport? Van de jeugdopleiding tot nationale ploegen en alles wat ertussenin zit. Daarom is het goed dat we nu twee technische directieposten hebben: topvoetbal en voetbalontwikkeling. En geloof me, dat is nodig ook. Van Oostveen hoeft niet bang te zijn dat we ons vervelen.’
Dit interview is afkomstig uit de nieuwste VI. Bekijk hier wat er nog meer in de laatste editie staat!
