Doelpuntenmakers staan in de schijnwerpers sinds de allereerste Eredivisie-wedstrijd in september 1956. Spelers met een assist krijgen sinds 1999/2000 lof voor hun aandeel. Maar de rol die ploeggenoten hebben in de opbouw naar een goal is lange tijd onderbelicht gebleven. Dankzij uitgebreide dataverzameling is het mogelijk om die spelers nu ook de aandacht te geven die ze verdienen. Dat levert een aantal opvallende uitblinkers op.
Als je alleen op doelpunten en assists afgaat, dan zou je denken dat FC Groningen-middenvelder Johan Hove een anoniem seizoen speelt. De Noor scoorde nog niet en was geen enkele keer aangever. Hetzelfde geldt voor Youri Regeer van FC Twente. Ook hij staat in beide categorieën op nul in de Eredivisie.
Kijk je echter alle goals van FC Groningen en FC Twente terug, dan valt op dat beide spelers wel degelijk een belangrijk aandeel hebben. Alleen doen ze dat nét voor de prijzen worden verdeeld. Zo gaven Hove en Regeer dit seizoen allebei vijf keer de voorlaatste pass bij een treffer uit open spel. Dat is samen met Enric Llansana van Go Ahead Eagles het hoogste aantal van alle Eredivisie-spelers.
Een mooi voorbeeld is de openingstreffer van Groningen in het uitduel met RKC Waalwijk. Johan Hove herovert op het middenveld de bal, draait zich uit de drukte en opent daarna naar de rechterflank. Daar stoomt Leandro Bacuna op, die met een breedtepass Jorg Schreuders bedient. Vanaf rand zestien schiet Schreuders knap binnen. De doelpuntenmaker is de gevierde man, Bacuna krijgt een assist bijgeschreven. Hove moet het doen met een schouderklopje, terwijl hij een aanzienlijke bijdrage levert.