Kroatië - Italië was de tweede wedstrijd dit EK voor Danny Makkelie. De Nederlandse leidsman kende een probleemloze eerste helft en moest in de tweede helft (waarin hij een strafschop gaf op aangeven van de VAR na hands) na de 1-0 aan de bak. Met een ruime voldoende slaagde Makkelie voor test nummer twee. Vier conclusies na het optreden van Makkelie.
1. Beloning en test
Kroatië - Italië was wel degelijk een beloning en een test ineen voor Makkelie en zijn assistenten. Met de aanstelling voor deze wedstrijd maakte de scheidsrechterscommissie van de UEFA duidelijk dat Makkelie tot de betere uit de eerste twee speelrondes hoorde. Een arbiter die opzichtig gefaald zou hebben in zijn eerste wedstrijd had nooit een beslissende ontmoeting als deze gekregen. Italië - Kroatië was vooraf aangemerkt als risico-wedstrijd, een benaming die de UEFA geeft aan wedstrijden waar wat op het spel staat en die bovendien gaan tussen twee landen die de grens regelmatig opzoeken. Daarnaast beschikken zowel de Kroaten als de Italianen over de eigenschap een scheidsrechter door middel van theatraal gedrag te misleiden. Alle hens aan dek dus voor Makkelie en zijn assistenten in Leipzig.
Dat de Nederlandse leiding was voorbereid was duidelijk te zien aan de reactie van Makkelie na een overdreven duikeling en het wegtrappen van een bal. Direct duidelijk maken dat er niets te proberen viel was de boodschap.
In minuut 53 gaf Makkelie de Kroaten een strafschop. De bal kwam tegen de uitgestoken hand van de Italiaanse verdediger. De Kroaten zagen het direct, de Italianen vreesden. VAR Rob Dieperink deed wat hij in zo’n situatie moet doen. Hij haalde Makkelie naar het scherm en liet hem zelf kijken. Dat de strafschop gegeven zou worden wist iedereen heel snel. Na de misser en de snelle 1-0 voor de Kroaten was het duel definitief ontbrand. Makkelie moest het herkennen en had zijn kaarten nodig om overeind te blijven. Bovendien pakte bij de late Italiaanse gelijkmaker zijn voordeelregel uitstekend uit.