De kans is groot dat Maxence Caqueret woensdag opnieuw in de basis staat als Olympique Lyon het in de halve finale van de Champions League opneemt tegen Bayern München. De pas twintigjarige middenvelder is in de eindfase van het toernooi de joker van trainer Rudi Garcia. Het vraagt om een kennismaking met Caqueret, die af en toe iets weg heeft van een zaalvoetballer.
In Nederland zijn we nog weleens afhankelijk van een 'generatie' voetballers. Nadat Arjen Robben, Wesley Sneijder en Robin van Persie langzaamaan afscheid namen bij Oranje brak een korte periode aan waarin de volgende generatie nog moest worden klaargestoomd. In Frankrijk lijkt men daar voorlopig geen last van te hebben. Niet alleen de talentenfabriek van Olympique Lyon, maar die van het hele land lijkt onuitputtelijk. Bondscoach Didier Deschamps kan met gemak een stuk of vier representabele elftallen formeren en bij Frankrijk Onder-21 lopen spelers rond die er al genoeg vlieguren op het hoogste niveau op hebben zitten. Wat te denken van Dayot Upamecano, Moussa Diaby en Eduardo Camavinga.
Een leeftijdsgroep lager, bij de Onder-20, zijn spelers als Jean-Clair Todibo, Michaël Cuisance en Evan N'Dicka actief, maar ook de hoofdrolspeler in dit verhaal. Caqueret debuteerde bijna een jaar geleden in de selectie van trainer Bernard Diomède. Elf maanden later grijpt de talentvolle middenvelder zijn kans op het allerhoogste podium: de Champions League. Met Caqueret kun je een experiment uitvoeren. Kijk de return tegen Juventus van 7 augustus terug en wijs na afloop de speler aan die daarvoor nog geen enkele minuut in dat toernooi had gespeeld. Juist, Caqueret maakte tegen Juventus zijn Champions League-debuut. Zijn eerste Europese test doorstond hij met verve.