Zaterdagmiddag om kwart voor zes stond Liverpool nog met 1-0 achter tegen Aston Villa. Drie minuten later kopte Sadio Mané uit een hoekschop de 1-2 binnen. Het was niet de eerste keer dat de ploeg van Jürgen Klopp de score wist om te draaien.
Een paar dagen eerder in het toernooi om de League Cup kwam Arsenal op een 2-4 voorsprong, knokte het team zich terug tot 4-4, leek Joe Willock met de 4-5 de definitieve knock-out uit te delen, maar dwong Divock Origi in de laatste minuut een verlenging af. Liverpool won de strafschoppenserie. Tegen Tottenham was het vijftig minuten vechten tegen een 0-1 achterstand. Manchester United kwam met 1-0 voor en pas in de slotfase tikte Adam Lallana de gelijkmaker binnen. Het duel met Leicester City werd in blessuretijd gewonnen dankzij een strafschop. Red Bull Salzburg kwam begin oktober in een geweldige tweede helft terug tot 3-3, waarna Mohamed Salah twintig minuten voor tijd de drie punten alsnog veiligstelde.
