Bij RB Leipzig is het lastig te raden in welke formatie het speelt. Hoe de poppetjes precies in het veld staan, verandert om de paar seconden. Julian Nagelsmann heeft twee tactiekborden in de kleedkamer hangen. Op het ene bord heeft de tegenstander de bal en op het andere bord is zijn eigen ploeg in de aanval. Volgens de 33-jarige Duitser is over systemen praten een totaal achterhaald iets. Zijn Leipzig speelt niet in een 4-2-3-1, 4-4-2 of 3-5-2. Zijn spelers krijgen te horen waar de ruimtes liggen bij de opponent en waar de bal gewonnen kan worden. Omdat elke wedstrijd op een andere plek gewonnen kan worden, varieert de speelwijze van duel tot duel, van speelhelft tot speelhelft en soms van kwartier tot kwartier.
De grote kracht van Leipzig is de intelligente manier van aanvallen en verdedigen. Nagelsmann was net gedebuteerd als de jongste Bundesliga-trainer ooit toen hij voorspelde dat het verschuiven van posities een trend zou gaan worden in het voetbal. Een idee dat hij heeft opgepikt bij Pep Guardiola en waarmee hij aan de slag is gegaan. Bij Leipzig zie je spelers continu van rol en positie veranderen. De Oostenrijker Konrad Laimer was in de kwartfinale tegen Atlético Madrid vleugelspeler en verdedigende middenvelder tegelijk. Hij liep tot aan zijn wissel in de 72ste minuut voortdurend van de rechterzijkant naar het centrum. Zo hadden meerdere spelers flexibele rollen met als doel Atlético pijn te doen in balbezit en het voetballen onmogelijk te maken bij balverlies. Op welke plek Marcel Sabitzer precies stond weet Diego Simeone nog steeds niet.