De een had 83 balcontacten en stond het merendeel van de wedstrijd een paar meter over de middenlijn. De ander had 69 balcontacten en stond dieper op eigen helft. Wie er oog voor had, zag ze constant naar elkaar loeren. Alsof er een onzichtbare rivier tussen hen beiden liep en de één een stapje naar voren deed zodra de ander een voetje in het water waagde.
Frenkie de Jong en Luka Modric waren duidelijk door hun trainers geïnstrueerd. Ze waren woensdagavond in de Johan Cruijff Arena elkaars spiegelbeeld. Twee creatieve geesten die voetballen op een onzichtbaar schaakbord. De passes en tikjes die ze gaven, de ruimtes die ze bezetten en het voortdurend interpreteren van alles om hen heen. De Kroaat en de Nederlander leken op twee wielrenners die samen op de meet afkomen en elke ademhaling van elkaar registreren.