Ik zit mij af te vragen of ik snel mijn lot zou verbinden aan Erik ten Hag. Ik denk het niet. Ik ken mensen die hun lot aan Gertjan Verbeek hebben verbonden. Die staan nu een boom in veertien gelijke stukken te zagen, omdat Gertjan zijn tweejaarlijkse therapeutische hut in elkaar knutselt.
Edwin van der Sar, de algemeen directeur van Ajax, deed het wel, zijn lot verbinden aan Erik ten Hag en hij bevindt zich nu in een vervelende positie. Als Ajax weer geen kampioen wordt – en daar heeft het alle schijn van – staan de journalisten in de rij om Edwin aan zijn belofte te houden.
Er wordt hier echter een denkfout gemaakt. Het is zinloos om waarde te hechten aan wat Edwin van der Sar zegt. Edwin van der Sar heeft de woordenschat van een kind van zeven. Ik heb hem meerdere keren horen stamelen. Toen hij in De Arena een groep sponsors toesprak, op de televisie als analyticus en in een interview met Johan Derksen. In alle drie gevallen een beschamende toestand.