Het formeren van een winnend elftal lijkt eenvoudig. Stel je beste spelers op en dan moet het automatisch gaan draaien. Bij Manchester United lijkt iets dergelijks aan de hand. Marcus Rashford, Anthony Martial, Paul Pogba, Mason Greenwood en Bruno Fernandes vormen een soort basketbalvoorhoede die elkaar blindelings weet te vinden. Het swingt en het is alsof het nooit anders is geweest.
Dat het niet zo simpel is als het lijkt, een ploeg samenstellen, heeft Ole Gunnar Solskjaer dit seizoen ondervonden. Hij sleutelde, hij probeerde, hij veranderde en op de een of andere manier viel het telkens weer tegen. Nemanja Matic kon het allemaal niet meer belopen en moest worden vervangen. Martial scoorde wel heel weinig voor een spits. Van stoorzender Pogba moest hij zo snel mogelijk af. Te duur, te blessuregevoelig en met zijn hoofd bij Real Madrid. Alleen Rashford kreeg het voordeel van de twijfel.