Antoine Griezmann? Nooit van gehoord. En van Pierre-Emerick Aubameyang, Sergio Busquets en N’Golo Kanté al helemaal niet. Eden Hazard? Aardig talent, maar moeten we eerst nog meer van zien. Gareth Bale en Sergio Agüero komen al een stuk dichter in de buurt, maar zijn lang niet zo veelbelovend als Sadick Adams. Ja, met de Ghanees durft de jury van World Soccer het in haar novembernummer van 2007 wel aan als nummer één van The 50 most exciting teenagers on the planet.
Zo moet de discussie ongeveer zijn gegaan, destijds. Met de wetenschap van nu lijken de conclusies die uiteindelijk werden getrokken volkomen belachelijk. Maar wat World Soccer met zijn topvijftig van supertalentvolle tieners vooral weer heeft bewezen, is dat voetbal nogal onvoorspelbaar is. Hoewel het vermaarde Britse maandblad de lezer met grote regelmaat eigen ranglijsten en verkiezingen voorschotelt en die journalistieke discipline uitermate serieus neemt, waren de miskleunen twaalf jaar geleden niet op één, twee, drie en zelfs niet vier handen te tellen.
De nieuwe VI PRO-rubriek Gevallen Talenten gaat over de kwetsbaarheid van zelfs de allergrootste beloften op aarde. Of zij zich doorontwikkelen tot een van de allergrootste voetballers op aarde is van zó veel dingen afhankelijk. Eén tegenslag of tekortkoming kan de mooiste bloem al in de knop doen verwelken. Dat gebeurde dus met Sadick Adams, met het overgrote merendeel van de vijftig van World Soccer. Het verhaal over de Utrechter die op plaats twee werd ingeschat, klinkt bijvoorbeeld ook niet bepaald als een hosannalied.