Een foutje hier, een foutje daar en ineens stond ene Samuel Adegbenro vrij voor Ajax-doelman André Onana… Boem! De 0-1 thuisnederlaag tegen Rosenborg BK in de play-offs om een plek in de groepsfase van de Europa League kwam aan als een linkse directe, vol in de nieren. De Ajacieden hadden wel een paar tellen nodig om daarvan te herstellen. Maar of het een reden is om te wanhopen? Nee. Er is nog een wedstrijd te gaan in Trondheim. Elf voorbeelden uit de geschiedenis waaraan Ajax zich kan vasthouden: Europese wederopstandingen.
1
SC Heerenveen-Banik Ostrava 5-0
29 september 2005
Eerste ronde UEFA Cup
Hopelijk leest Ajax-trainer Marcel Keizer dit eerste voorbeeld van een historische ontsnapping in Europa, of wijst iemand in zijn staf hem erop. Want de oplossing voor zijn probleem in Noorwegen ligt waarschijnlijk erg voor de hand. In de nazomer van 2005 had SC Heerenveen een net zo slechte eerste wedstrijd in het tweede continentale bekertoernooi gespeeld en zelfs met 2-0 verloren, toen in het Abe Lenstra niemand minder dan Klaas-Jan Huntelaar zijn team bij de hand nam. De huidige spits van Ajax zette SC Heerenveen na goals van Georgios Samaras en Lasse Nilsson zelf op 3-0 en tekende later ook voor de 5-0. Tussendoor scoorde Ugur Yildirim. Het Europese avontuur van de Friezen werd dus verlengd en eindigde pas in februari toen Steaua Boekarest nipt te sterk bleek. The Hunter maakte dat laatste niet meer mee, hij jaagde inmiddels met Ajax op doelpunten in de Champions League. De Amsterdammers namen hem op 29 december 2005 voor negen miljoen euro over.
