In een moeizaam seizoen vol tegenslag en teleurstelling weet Ajax wat het te doen staat. Wedstrijden winnen en de ommekeer afdwingen. Een week in het spoor van de Amsterdammers, van frustraties in Berlijn tot opluchting in Arnhem.
Gelredome, zondagmiddag, iets voor half vijf. John Heitinga haalt opgelucht adem. De trainer heeft vrijwel de hele tweede helft aan de rand van zijn coachvak gestaan, druk coachend en gebarend naar zijn spelers. Ajax kwam vlak na rust op voorsprong dankzij een treffer van Edson Álvarez, maar dat had geen rust, vertrouwen en vloeiende combinaties tot gevolg. Ajax heeft de bal, maar is slordig in de passing, onscherp in de afronding en laat in de omschakeling de nodige steekjes vallen. Tot het laatste fluitsignaal mag Vitesse hopen op een punt. Het tijdrekken van de Amsterdammers is veelzeggend. Ajax wil de achtervolging op Feyenoord levend houden en dan zijn drie punten noodzakelijk. De regerend landskampioen slaagt in die missie. ‘Deze moest van heel diep komen’, luidde de allesomvattende conclusie van Heitinga even later tijdens de persconferentie. ‘Maar dat het beter moet, is duidelijk.’