Bram Nuytinck (28) is geen doorsnee voetballer. Toen hij tien jaar terug doorbrak bij NEC ging hij in een studentenhuis wonen en als speler van Jong Oranje vluchtte hij naar België. Tegenwoordig resideert hij in Noord-Italië en duelleert hij met wereldsterren als Cristiano Ronaldo en Gonzalo Higuaín. Op bezoek in Udine.
La Dolce Vita. Uitgedost in gele regenkleding betreedt een handjevol toeristen het Piazza Giacomo Matteotti. Ondanks het druilerige weer nemen ze bij het zien van de Chiesa di San Giacomo massaal de selfiesticks ter hand. Het witte kerkje uit 1379 is de belangrijkste bezienswaardigheid op Udine’s bekendste plein. De locals laten zich op deze vrijdagmiddag niet zien.
Zij zitten droog achter het raam van kleine barretjes met San Giacomo of Ottelio op de luifel. Een barman loopt af en aan met glazen rode wijn en de beste prosciutto uit de regio. Zijn gasten staren naar een beeldscherm. Het journaal vertoont beelden van het nabijgelegen Venetië, waar het water inmiddels zo hoog staat dat de gondeliers hun boten met gemak door de winkelstraat kunnen sturen. ‘Italië verdrinkt’, meldt een verslaggever ter plaatse. Onze Italiaanse fotograaf meent dat het hier niet veel beter is. Demonstratief trekt hij de broekspijpen van zijn zwarte maatbroek omhoog. Zijn sokken zijn doorweekt. ‘Ook hier zijn riviertjes overstroomd. De politie heeft meerdere wegen afgezet’, bromt hij. ‘Het was haast onmogelijk om in het centrum te geraken.’
Geïrriteerd wrijft hij met een doek over zijn peperdure camera. Intussen wachten we op Bram Nuytinck. De voormalige speler van NEC en Anderlecht woont op nog geen tien minuten rijden van het centrum, maar ondervindt evenals de rest van Udine hinder van het weer. Eenmaal gearriveerd blijkt zijn humeur nauwelijks te lijden onder de Hollandse buien. Hij komt al zwaaiend met een paraplu in zijn hand de hoek omzetten.
‘Ik heb een appartement met een geweldig balkon. Dat mag ook wel, want die zomers hier zijn heerlijk’, begint hij met een lach. ‘Die heb ik afgelopen zomer goed gebruikt. Lekker gepland van VI. Het is hier ongeveer 320 dagen per jaar goed weer. Uitgerekend in de week dat onze middagtraining niet door kon gaan vanwege het slechte weer dachten jullie: Kom, we gaan eens bij Bram in Italië kijken. Ik zou in de zomer nog eens terugkomen.’
Die uitnodiging slaan we vanzelfsprekend niet af. Toch zijn we benieuwd naar het huidige leven van Gelderse Bram. Er is namelijk iets bijzonders aan de robuuste verdediger en zijn carrière. Hij lijkt het allemaal net een beetje anders te doen dan zijn voetballende collega’s. Als tiener brak hij door bij NEC. Op zichzelf niet zo vreemd, zij het niet dat hij destijds in een studentenhuis woonde en dagelijks op een studentenbarrel richting De Goffert slingerde. Zo haalde hij zelfs Jong Oranje. Voetbalminnend Nederland rekende vervolgens op een transfer naar de vaderlandse (sub)top. Nuytinck besloot anders. Hij tekende een langdurig contract bij Anderlecht. Bij onze zuiderburen debuteerde hij in de Champions League én werd hij drie keer landskampioen.
Inmiddels woont hij al bijna anderhalf jaar in Udine. Een slaapstadje in het noorden van Italië met ongeveer honderdduizend inwoners. Daar waar de luiken na het middaguur steevast twee uur dichtgaan en de kermis wordt gezien als het jaarlijkse hoogtepunt. Geen Milaan of Rome waar je na een klinkende overwinning eens lekker in de lampen kunt hangen. ‘Er is hier vrij weinig te doen’, merkt de verdediger droogjes op, terwijl hij ons door de smalle Italiaanse straatjes gidst.
‘Na een jaar heb je alle straathoeken wel gezien. Of ik dat erg vind? Nee, ik ben mijn wilde haren inmiddels ook wel een beetje verloren. Bovendien geniet ik van de voetbalbeleving. De mensen houden van het spelletje, maar zijn respectvol. Als we met Anderlecht verloren, dan kreeg je dat in het centrum van Brussel wel te horen. In Udine is er vooral waardering, zullen ze je nooit lastigvallen. Ga je uit eten, dan is de kans vrij groot dat de eigenaar je een fles wijn aanbiedt. Die kan je vervolgens met geen mogelijkheid weigeren. Ze zeggen ook wel dat Italianen voetbal ademen. Daar is geen woord aan gelogen. De regel is wel hoe zuidelijker je gaat, des te gekker ze gaan doen. Dries Mertens vertelde me dat hij niet zomaar even het centrum van Napels in kan lopen. Maar dat kan natuurlijk ook met de status van Dries te maken hebben…’
Zlatan
Na vijf jaar Anderlecht was de Serie A een logische vervolgstap voor Nuytinck. Als pupil bij SV Juliana had hij eigenlijk maar twee grote wensen: spelen in de Champions League en voetballen in een van Europa’s grootste competities. Bij Paars-Wit beleefde hij zijn vuurdoop op het miljardenbal, sinds vorig jaar zomer staat hij nog vaker oog in oog met spitsen van het kaliber Gonzalo Higuaín en Cristiano Ronaldo. Hij heeft zijn eindstation bereikt, maar via een weg die nogal afwijkt van wat als normaal wordt ervaren voor Nederlandse voetballers.
‘Bram Nuytinck tegenover Zlatan: 1-1, en hij heeft niet gescoord’
‘Is het dan zo gek wat ik doe?’, vraagt de Gelderlander zich hardop af. ‘Ik speelde bij NEC en was klaar voor de volgende stap. Anderlecht was serieus, een club die uitkwam in de Champions League. Daar ben ik in vijf jaar tijd drie keer kampioen geworden. Misschien dat het Nederlanders weinig zegt. De Belgische competitie wordt niet intensief gevolgd. Toch was het Anderlecht waarin ik speelde niet minder dan Ajax of PSV. Verdween ik van de radar? Misschien in Nederland, maar niet in Europa. Ik heb tegen Manchester United, PSG, Dortmund en Galatasaray gespeeld. Bram Nuytinck tegenover Zlatan: 1-1, en hij heeft niet gescoord.’
Uiteindelijk maakte hij 157 keer zijn opwachting voor de grootste club van België. En dat aantal had nog hoger kunnen uitvallen. ‘Zeker. In een bepaalde periode heb ik weinig gespeeld. Ik ben twee keer geblesseerd geweest en er speelde het een en ander rondom de club. In de voetballerij is het belangrijk dat de juiste mensen je mogen. Trainers bijvoorbeeld. Na al die jaren ben ik er wel achter dat er meer factoren invloed hebben op een club of een elftal. Dat is in Italië of Nederland niet anders. Toch kan ik alleen maar positief terugkijken op die hele periode. Je speelt met de beste voetballers van België, doet mee om de prijzen en wordt als mens volwassen door in een ander land te gaan wonen. Misschien was het logischer geweest om van NEC naar een grotere Nederlandse club te gaan, maar dit heeft mij als voetballer én als mens ontzettend veel gebracht. Ik kan het iedere jonge speler aanraden.’
Il Ritiro
Hij volgt de verrichtingen van Anderlecht nog altijd op de voet en als het schema het even toelaat, ligt hij op vrijdagavond languit op de bank om naar de wedstrijden van NEC te kijken. Desalniettemin is De Goffert verder weg dan ooit. Nuytinck leeft zijn Italiaanse droom. In het land waar een geslaagde defensieve actie op net zoveel waardering kan rekenen dan een buste van Michelangelo en de nul wordt gevierd als een hattrick, gedijt de Gelderlander uitstekend.
Udine blijkt al bijna net zo vertrouwd als Kronenburgerpark. Zo weet Nuytinck in een van de tientallen zijstraatjes een onlangs geopende koffietent te zitten en vraagt hij in vloeiend Italiaans naar de wensen van de fotograaf. Ondanks wat aanloopproblemen gaat de verdediger moeiteloos op in het Italiaanse straatbeeld. Niet in de laatste plaats vanwege zijn outfit. Hij is haast on-Hollands goed gekleed. Speciaal voor de fotoshoot? ‘Nee joh, zo liep ik er in Nijmegen ook al bij’, beweert de verdediger, die op aandringen van de fotograaf en met frisse tegenzin, wat onhandig over een balustrade hangt. Voorbijgangers moeten denken dat hier de nieuwe keizer van Udine staat. Collega-verdediger William Troost-Ekong, die inmiddels ook is aangehaakt, begint te lachen. ‘Geloof me, morgen loopt Bram weer gewoon in een joggingbroek. Dit is voor de foto.’
Nuytinck legde eerder al uit dat Udine een kleine stad is. Niet verwonderlijk dus dat twee Braziliaanse teamgenoten langslopen. Ze zien de Nederlandse verdediger poseren en schieten eveneens in de lach. ‘Bello Bram, bello’, klinkt het. Nog voordat onze Italiaanse fotograaf zijn kiekjes heeft gemaakt, is er al een filmpje van de fotoshoot naar de team-app verstuurd.
‘Ik heb in anderhalf jaar al vijf verschillende trainers gehad. Daar doen ze hier helemaal niet moeilijk over’
Later, al roerend in zijn cappuccino, bekijkt Nuytinck met een grijns de zojuist verstuurde beelden. Hij vertelt hij dat deze vorm van voetbalhumor een jaar geleden ondenkbaar was. ‘Mensen reageren vaak wat lacherig als spelers beweren dat ze aanpassingsproblemen hebben. Nou, ik weet wel beter. Zeker in een land waar je de taal niet spreekt. Toen ik hier aankwam stond ik in het veld naast een Braziliaan die wel Italiaans maar geen Engels sprak. Man, dat was stressvol. De afspraak was dat ik direct Italiaanse les zou nemen, maar onze taalcoach werd al vrij snel door de club ontslagen. Hij was gewoon niet goed genoeg. Dat ik nu alsnog de taal beheers, heb ik vooral te danken aan een Nederlandse leraar. Die heeft me via Skype de basis geleerd.’
De start van zijn Italiaanse avontuur verliep sowieso stroef. ‘De toenmalige teammanager zou me helpen bij het vinden van woonruimte, maar dat ging nogal moeizaam. Zijn Engels was minimaal. Ik heb weken in een hotel geslapen en wel zeven, acht verschillende woningen gezien. Als ze hier spreken over een huis met typisch Italiaanse stijl, dan bedoelen ze vooral oud. Uiteindelijk ben ik niet via de club maar dankzij een teamgenoot aan mijn huidige woning gekomen. Wat ook niet meehielp, was dat het sportief minder ging met de club. Ik ben nu anderhalf jaar onderweg en heb al vijf verschillende trainers gehad. Daar doen ze in Italië helemaal niet moeilijk over. In België waren dat er drie in vijf jaar.’
Het een en ander is te herleiden naar de eigenaar, de steenrijke Giampaolo Pozzo. Een emotionele zakenman die 32 jaar geleden de club kocht en een flink deel van zijn vermogen in zijn kindje stopte. Volgens Nuytinck is het respect voor Il Presidente groot in Udine. ‘Eigenlijk is het heel simpel: als Pozzo meent dat een trainer zijn langste tijd heeft gehad, dan staat die dezelfde dag nog op straat. En als het elftal niet presteert, volgen gepaste sancties. Een onaangekondigd trainingskamp bijvoorbeeld. Il Ritiro noemen ze dat hier. Het is de vrees van elke speler. Als de resultaten minder zijn, word je een week in een hotel gezet. Het betekent dat je je vrienden en familie niet mag zien. Het is dan twee keer per dag trainen en vooral veel slapen. Je zit echt opgesloten. Mijn eerste keer was al na twee maanden. Niemand die me erop had voorbereid. Ik dacht: Wow, wat gebeurt hier man. Mag dit zomaar? Het is al helemaal niet prettig wanneer je als buitenlander in een team komt en de taal niet spreekt. Dat was echt even bikkelen.’
Patron
In Udine is een Ritiro nooit ver weg, weet Nuytinck inmiddels. ‘Ik denk dat het vorig jaar wel vijf keer is gebeurd en als we nu nog een keer verliezen, kan het zomaar weer raak zijn.’ Toch doet het hem minder dan een jaar eerder. Een belangrijke reden is dat hij niet meer alleen is. Sinds deze zomer heeft hij met Troost-Ekong en Hidde ter Avest twee landgenoten op de club. Niet onbelangrijk voor een sfeergevoelige jongen wiens vriendin coschappen loopt in Amsterdam.
‘Heerlijk om in Noord-Italië over het Nederlandse voetbal te kunnen lullen’
‘Ik vind het heerlijk, die jongens om me heen. Praten in je eigen taal, samen een hapje eten of een drankje doen. Dat heb ik vorig jaar wel gemist. Hidde raakt niet uitgesproken over FC Twente, ik ben NEC altijd blijven volgen. Heerlijk om in Noord-Italië over het Nederlandse voetbal te kunnen lullen.’
Troost-Ekong noemt hem Patron. Vrij vertaald zoiets als baas, of beschermheer. Met zijn 28 jaar is de man uit Heumen een mentor voor zijn jongere landgenoten. Hij liet ze de stad zien, vertelde ze over de Italiaanse gebruiken en waarschuwde voor Il Ritiro. Nuytinck heeft inmiddels recht van spreken. Udinese had niet het beste jaar uit de clubgeschiedenis, maar de verdediger speelde dertig wedstrijden. En ook dit jaar is hij een vaste waarde. Niet gek in een competitie die alleen maar sterker is geworden.
‘Vorig jaar waren de trainingen echt bizar. Alleen maar rennen, rennen, rennen. Zonder bal’
‘Door de komst van Ronaldo is er wel wat gebeurd. Overal ter wereld wordt de Serie A weer live uitgezonden. Het heeft voor een enorme boost gezorgd. Praktisch alle clubs hebben zich afgelopen zomer belachelijk versterkt. Mijn teamgenoten zeggen het ook: de Serie A is in jaren niet zo sterk geweest. Ik denk dat op dit moment alleen de Premier League over de breedte sterker is. Wij speelden in een maand tijd tegen Lazio, Juventus, Napoli en AC Milan. Eigenlijk speel je wekelijks op Champions League-niveau. De topacht is van een gigantisch niveau, maar ook de wat kleinere clubs hebben flink met de portemonnee geschud. Geloof me, dit Juventus kan de Champions League winnen. Ze zijn zo ongelofelijk goed. Het is knap om te zien hoe iemand als William, die vorig jaar nog in Turkije speelde, hier een basisplek heeft gepakt. Het is lastig om je aan te passen in een land waar het spel, de taal én de mensen anders zijn. Er wordt tactisch ontzettend veel van je gevraagd. Het is geen toeval dat veel Nederlanders die hier naartoe komen, uiteindelijk niet slagen.’
‘En dan heb ik het nog niet over de trainingen gehad. Vorig jaar was echt bizar. Alleen maar rennen, rennen, rennen. Zonder bal. Ook doordeweeks werd je helemaal kapot gegooid met die loopjes. Een half uur tactisch trainen en daarna ging je rennen. Had je geluk, dan was er nog een partijspel. Vorig jaar hebben we misschien drie keer een pass- en trapoefening gedaan. Ik heb Frank de Boer ook eens zoiets horen zeggen over zijn tijd bij Inter. Dat hij een pass- en trapoefening wilde doen en iedereen hem raar aankeek. Zo werken die Italiaanse trainers niet. Nee, vervelend was het niet dat de club deze zomer voor een Spaanse trainer (Julio Velázquez, red.) koos. Alleen is die ook alweer ontslagen.’
Omhaal
Het gezelschap wil de dag in stijl afsluiten en dus trekken we naar een osteria. Een kroegje niet veel groter dan een ballenhok, met aan het plafond tientallen halve varkens en tegen de muur zeker zestig flessen wijn. De Italianen nemen het ervan en ook Nuytinck bestelt een glaasje rood. ‘Dat hoort ook bij de cultuur’, mompelt hij voldaan. ‘Ze hebben hier zo hun eigen gewoonten. Ik keek wel even op vorig jaar. Zaten de Italiaanse spelers bij het avondeten gewoon aan de rode wijn. En dat een dag voor de wedstrijd! Hun argumentatie: “Van één glas ga je echt niet minder spelen”. Geef ze eens ongelijk.’
Ondanks eerdere opmerkingen over bescheiden supporters in Noord-Italië, is er toch eentje die op de foto wil. Geen Dries Mertens-achtige taferelen, toch blijkt Nuytinck bijzonder populair. Niet op de laatste plaats vanwege zijn doelpunt tegen Lazio. Bij een 2-0 achterstand plukte de verdediger een hoge voorzet in één keer uit de lucht. De halve omhaal verdween keurig in het net. Als we vragen naar dat moment, schiet Troost-Ekong in de lach. ‘Ik wist ook niet wat ik zag. Iedereen begon massaal te klappen.’
Nuytinck: ‘Wat zei jij toen tegen me? “Kale, wat doe je nu?”’
Troost-Ekong: ‘Nee, ik schreeuwde nog: Doe niet, doe niet! Straks scheur je nog iets af.’
Het tweetal heeft de grootste lol. De treffer ging de hele wereld over, al kon Nuytinck er naar eigen zeggen niet echt van genieten. Udinese verloor uiteindelijk met 2-1. Troost-Ekong: ‘Had hij daar de 2-1 voor Udinese gemaakt, dan had hij daar nu nog zonder shirt op de tribune gestaan. Sowieso.’
Ook in Nederland ging het doelpunt viral. Met dank aan André Nuytinck, hoogleraar Privaatrecht en jarenlang de minst betrokken voetbalvader van het land. In een van zijn eerste interviews in VI vertelde de verdediger al eens over zijn vader en diens afkeer van het spelletje. Zelden tot nooit was Nuytinck senior in een stadion te vinden. Inmiddels lijkt ook de professor gegrepen door het voetbalvirus. Steevast twittert hij over de avonturen van zijn zoon. Na de treffer tegen Lazio retweette hij een bericht van Voetbal International met daarbij de tekst: ‘Zou de bondscoach ook hebben gekeken naar deze Ronaldo-omhaal? Zelf krijg ik er geen genoeg van.’
Zoonlief schiet in de lach. ‘Mijn pa twittert continue en ik volg dat nul komma nul. In Nederland schijnen mensen dat wel op te pakken. Hij had ook een filmpje op LinkedIn gezet, dat werd 200 duizend keer bekeken. En dat voor iemand die niet van voetbal hield, haha.’
‘Tegenwoordig stuurt hij me zelfs berichtjes als Anderlecht of NEC heeft gespeeld. Natuurlijk heb ik hem weleens gezegd dat hij niet alles moet tweeten, journalisten kunnen het verkeerd interpreteren. Toch doet hij alles met een knipoog. Ik moet er vooral heel hard om lachen. Ach wat, het interesseert me geen drol.’
En toch. De bondscoach. Jarenlang was Nuytinck een vaste waarde in Jong Oranje. Nu verkeert hij in de vorm van zijn leven en lijkt Zeist hem te negeren. Een knipoog of niet, de opmerking van Nuytinck senior is zo gek nog niet. De verdediger schudt het hoofd. ‘Kom op’, begint hij. ‘Moet je eens kijken wat er nu centraal achterin rondloopt bij Oranje. Matthijs de Ligt, Virgil van Dijk, Nathan Aké, De Vrij. Dit is wel een lichting, hoor. Je moet jezelf ook niet overschatten.’
Er was een periode dat Nuytinck wel hoopte op een uitnodiging. Toen hij kampioen werd in België bijvoorbeeld, en toen Van Dijk en De Ligt nog niet in beeld waren. ‘In die tijd was het nog niet zo gebruikelijk om jongens in België te selecteren. Dat is nu gelukkig wel anders’, weet hij. ‘Het moet soms ook een beetje meezitten. Fit zijn, de juiste bondscoach voor de groep. Maar dat is geweest. Op dit moment ben ik geen seconde met Oranje bezig. Ik heb het goed hier. Voetballen in Italië, beuken tegen Ronaldo en Gonzalo Higuaín. Ik ben niet langer een planner.’
Het hier en nu. Een frêle Italiaanse heeft wat brood en ham op tafel gezet. Om ons heen proosten de Italianen op het weekend. Nuytinck kijkt tevreden om zich heen. ‘Het is goed hier. Vorig jaar wonnen we met 3-1 bij het nog ongeslagen Inter. Het was zó vet om daar te winnen. Een prachtige club, geweldig stadion en gruwelijke supporters. Daar geniet ik nog elke keer van. Ik ben echt van dit land gaan houden. Als je jaren geleden over Italiaans voetbal begon, kreeg je alleen maar te horen dat de stadions zo leeg waren. Geloof me, de sfeer is fantastisch. De stadions hebben karakter, elke club een harde kern. Ga maar eens op bezoek bij Parma, gekkenhuis! En dan speel je ook nog eens tegen de beste spitsen van de wereld. Dus ja, ik ben wel op mijn plek.’
‘Of ik hier ook afsluit? Het zou mooi zijn om nog eens het shirt van NEC te dragen, daar ben ik eerlijk in. Maar dat moment is nog wel ver weg. In Italië zijn verdedigers als goede wijn: hoe langer ze hebben gerijpt, des te beter ze worden. Francesco Acerbi was dertig toen hij deze zomer de overstap maakte van Sassuolo naar Lazio. Ik heb nog een heel voetballeven te gaan. Hoe oud was Paolo Maldini toen hij stopte? 36?’
Il Capitano was veertig. Wat dat aangaat heeft de man tegenover ons nog een compleet voetballeven te gaan. De verdediger uit Heumen zet zijn tanden in een stuk prosciutto en proost vervolgens op het Italiaanse leven. La Dolce Vita.
Illuster rijtje: Difensori centrali Olandesi
Talloze Nederlanders spelen of speelden ooit in de Serie A. Verreweg het merendeel is aanvaller of middenvelder. In het land waar het verdedigen tot een kunstvorm is verheven, worden Nederlandse centrale verdedigers, difensori centrali Olandesi, zelden goed genoeg geacht. Bram Nuytinck is een van hen en heeft zich daarmee in een illuster rijtje geschaard. De zes zijn gerangschikt aan de hand van het aantal Serie A-duels dat ze op hun naam hebben staan. (Frank Rijkaard is er niet in opgenomen omdat hij door AC Milan vooral als middenvelder werd gebruikt, Nuytincks ploeggenoot William Troost-Ekong heeft weliswaar een Nederlands paspoort, maar geldt vanwege zijn interlandloopbaan bij Nigeria niet meer als voetbal-Nederlander.)
Jaap Stam
2001-03 | Lazio | 70 | 3 |
2004-06 | AC Milan | 42 | 1 |
Ruud Krol
1980-84 | Napoli | 107 | 1 |
Stefan de Vrij
2014-18 | Lazio | 95 | 8 |
2018-heden | Internazionale | 9 | 1 |
Wesley Hoedt
2015-17 | Lazio | 48 | 2 |
Bram Nuytinck
2017-heden | Udinese | 38 | 1 |
Timo Letschert
2016-18 | Sassuolo | 16 | 0 |