Johan Cruijff had een zak geld nog nooit zien scoren. Niks tegenin te brengen natuurlijk. Dat neemt niet weg dat voetbal wel van een spelletje is geëvolueerd naar een miljardenindustrie. In de rubriek Munten & Punten bespreekt VI-verslaggever Tom Knipping onderwerpen op de grens van commercie, financiën en sportieve prestaties. In aflevering 82 brengen we de belastingschuld van de Nederlandse clubs in kaart.
In augustus kondigde VVV-Venlo vrij verrassend aan dat de club technisch failliet is. Via een procedure bij de rechtbank proberen de Limburgers een akkoord met de schuldeisers af te dwingen. Oorzaak van de problemen: de belastingschuld die is opgebouwd tijdens corona.
Toen de competities in 2020 werden afgebroken en daarna de stadions lange tijd leeg bleven, misten de clubs veel inkomsten. Grotendeels werd dit goedgemaakt door subsidies van de overheid. Ook dankzij de loyaliteit bij sponsors en supporters, die veelal afzagen van claims, konden de clubs hun omzet redelijk op peil houden en hoefden ze niet extreem te bezuinigen.
De regeling was bedoeld voor bedrijven met betalingsproblemen. Veel voetbalclubs zagen dit als een goedkope financiering om de coronaperiode door te komen
Minder belicht dan alle giften en subsidies, werd de optie om belastingen te kunnen uitstellen. Alle ondernemers konden hier tot 31 maart 2022 gebruik van maken. Het ging om uitstel van inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, omzetbelasting en loonheffing. De regeling was bedoeld voor bedrijven met betalingsproblemen. Veel voetbalclubs zagen dit als een goedkope financiering om de coronaperiode door te komen.
Uit een inventarisatie blijkt dat VVV-Venlo lang niet de enige is geweest die een schuld opbouwde bij de fiscus. Zeker twintig clubs maakten gebruik van uitstel. Uit de gegevens die ze presenteerden in hun jaarverslagen, kan worden opgemaakt dat ze medio 2022 minstens 89 miljoen open hadden staan bij de Belastingdienst: