Een jaar geleden behoorde Pablo Rosario (22) tot de uitblinkers bij PSV en maakte hij zijn debuut voor het Nederlands elftal. Daarna kwam de terugval en zwol de kritiek aan. Een openhartig gesprek met de vice-aanvoerder van de vicekampioen. ‘Praten wanneer het goed gaat, is makkelijk. Als het slecht gaat, hoort het er ook bij.’
Met welk gevoel heb jij de interlandperiode beleefd?
‘Met de pijn van Mo (Mohammed Ihattaren, red.). We hoorden op de ochtend van de wedstrijd tegen VVV-Venlo dat zijn vader overleden was. Ik had daarna eigenlijk helemaal geen zin meer om die wedstrijd te spelen, ik denk dat veel jongens dat gevoel ook hadden. Ik was in gedachten alleen maar bij Mo. Zo’n goede en sterke jongen, pas zeventien jaar oud en zijn vader verloren. Het doet me gewoon pijn als ik daaraan denk.’
Jullie hebben als team de steun voor Ihattaren en zijn familie indrukwekkend uitgedragen.
‘Iedereen voelde de pijn van Mo en zijn familie, we wilden laten zien dat we er voor ze zijn. Het hele stadion leefde mee, dat heeft me kippenvel gegeven. De gebeurtenissen rond Mo hebben ons als team nog dichter bij elkaar gebracht, terwijl we al een heel hechte groep waren.’
Wat maakt dit PSV zo’n hecht team?
‘We hebben veel spelers van ongeveer dezelfde leeftijd, rond de twintig jaar. We hebben daardoor veel gemeen, praten over dezelfde dingen en begrijpen elkaar. We kunnen onderling ook alles tegen elkaar zeggen, kritiek wordt geaccepteerd. Niemand denkt: Loopt hij me nou af te zeiken? Want iedereen weet dat alles wordt gezegd met goede intenties. Dit team is als een familie.’
Na jouw doelpunten van de afgelopen weken had je binnen een paar seconden de hele ploeg om je nek hangen.
‘Dat is precies wat ik bedoel, dat vond ik heel mooi. Ik heb mindere wedstrijden gespeeld en kritiek gekregen, daarom waren mijn ploeggenoten oprecht heel blij voor me. Dat geeft mij heel veel kracht en steun.’
Weet je de laatste keer nog dat je drie wedstrijden achter elkaar scoorde?
‘Dat is nog niet eens heel lang geleden. Toen ik bij Almere City in de A1 speelde, was in de slotfase van het seizoen onze spits geblesseerd. Toen heb ik er zes wedstrijden gestaan en ik maakte in die periode zeven goals, dat was een lekkere reeks. Ik kan echt wel doelpunten maken, tot mijn twaalfde heb ik eigenlijk altijd in de spits gestaan. Dat ik nu mijn eerste Eredivisie-goals voor PSV heb gemaakt is mooi, maar het zegt vooral iets over de ploeg. Namelijk dat onze aanvallers niet hebzuchtig zijn. Als ze dat wél waren geweest, hadden ze mij nooit drie wedstrijden achter elkaar in schietpositie gebracht.’
Een perfecte score in de Europa League, ongeslagen in de Eredivisie, maar ook uitgeschakeld in de voorronde van de Champions League. Hoe beoordeel jij jullie seizoen tot nu toe?