In Balverliefd aandacht voor de gang van zaken achter de schermen van het voetbal en opvallende gebeurtenissen aan de rand van het veld. Deze week over de vele gedaanten van voetbaldier Gert Kruys (60).
Over Gert Kruys, de clubman.
Als een kwispelend hondje beent hij door Stadion Galgenwaard. ‘Mijn tweede huis’, zegt de man die hier een kleine tweehonderd wedstrijden over het middenveld sjeesde. Die Utrechtser is dan Henk Westbroek met een bord vijfschaft op de Domtoren. En die deze ochtend handen tekort komt om de medewerkers van FC Utrecht te groeten. ‘Goeiemorgen jochie!’ ‘Johnny!’ ‘Vriend!’ ‘Collega!’
Kruys buigt af naar de spelerstunnel. ‘Het mooiste plekje. Hier krijg ik nog altijd kippenvel.’ Hij rent trappen op en af, gaat kamers in en uit, wijst links en rechts. Naar een schilderij. ‘De panter, Michel Vorm!’ In de gang slaat hij twee oudere heren op de schouders. ‘Goud waard voor FC Utrecht, deze jongens.’ Het zijn twee archivarissen van de clubgeschiedenis. Binnen de kortste keren zijn ze met Kruys verwikkeld in een geanimeerd gesprek over Marco Cabo, de pisbakken van de oude Galgenwaard en de houten tribune van Velox.