Engeland won in 2017 drie van de vijf internationale jeugdtoernooien. Waar komt dat succes vandaan en worden de Three Lions hét te kloppen land in de komende jaren?
Bijna zeventigduizend toeschouwers zien hoe Spanje Onder-17 op 28 oktober in het Salt Lake Stadium in Kolkata op een 2-0 voorsprong komt tegen Engeland. De finale van het WK lijkt gespeeld, maar net voor de rust maakt Rhian Brewster, een spits van Liverpool, de aansluitingstreffer. In de tweede helft vegen de Engelsen hun leeftijdgenoten van het veld: het wordt 5-2, met twee doelpunten van het Manchester City-wonderkind Phil Foden. Het is het derde Engelse succes op een jeugdtoernooi in 2017: eerder won Engeland ook al het WK Onder-20 en het EK Onder-19.
Nooit eerder won een land drie jeugdtoernooien in één jaar. Het dichtst in de buurt kwam Brazilië, dat in 2003 zowel het WK Onder-17 als het WK Onder-20 op zijn naam schreef. Engeland haalde daarbovenop ook nog de finale van het EK Onder-17, waarin het na strafschoppen verloor van Spanje. De Engelsen bereikten verder de halve finale van het EK Onder-21, waarin ze opnieuw na penalty’s werden uitgeschakeld, ditmaal door Duitsland. Maar alles bij elkaar genomen verloor Engeland dit jaar op vijf jeugdtoernooien samen (EK Onder-17, EK Onder-19, EK Onder-21, WK Onder-17 en WK Onder-20) geen enkele keer, won het 88,2 procent van zijn 34 wedstrijden en behaalde het een doelsaldo van +62. Het zijn ongelooflijke statistieken, die erop wijzen dat Engeland de komende jaren hét te kloppen land wordt op internationale toernooien. Waar komt het succes vandaan?