Als bondscoach bracht Didier Deschamps zijn spelers en het publiek dichter bij elkaar. Koel en kalm manoeuvreerde hij zich langs netelige kwesties. Na de verloren EK-finale in eigen land moet de wedstrijd tegen Nederland voor Frankrijk de opmaat vormen naar een glorieus WK in Rusland. Want de potentie van de ploeg is angstaanjagend.
Het had de wedstrijd van de bevestiging moeten worden. Frankrijk-Nederland als uitroepteken richting het WK. Van dominantie van Les Bleus in een groep met verder Zweden, Bulgarije, Wit-Rusland en Luxemburg. Dat is het alleen niet. De Fransen beginnen morgen (donderdag) om 20.45 uur in het Stade de France in de wetenschap dat ook zij de wedstrijd van het jaar spelen. Dat heeft alles te maken met een blunder van doelman Hugo Lloris. De ploeg staat onder stroom na de 2-1 nederlaag in en tegen Zweden. Een volgende verliespartij en Rusland is ineens heel ver weg.
Het plaatje van die avond in Solna is dat van een doelman met wijd opengesperde ogen die van ontzetting zijn tanden stukbijt op zijn keepershandschoenen. Een black-out met verstrekkende gevolgen in de derde minuut van de blessuretijd. De goalie van Tottenham Hotspur hoefde alleen nog maar een lange trap te geven, besloot te gaan dribbelen, werd achtervolgd door Sebastian Larsson en schoot de bal daarna paniekerig in de voeten van Ola Toivonen, die ter hoogte van de middenlijn stond. Even later lag de bal in het Franse net en kreeg de wedstrijd tegen Oranje een ander karakter. Het is een kraker van finaleproporties. Een duel waarin een aantal spelers van Frankrijk wil bewijzen dat Zweden-uit slechts een incident was.
Uiteraard kwam er veel kritiek los na de laatste interlandcyclus. Didier Deschamps kreeg het zwaar te verduren. De Franse bondscoach is pragmatisch ingesteld en houdt lang vast aan spelers die niet altijd even goed presteren. Zo begon hij in Zweden met Moussa Sissoko en Dimitri Payet, bracht hij Kylian Mbappé pas veertien minuten voor tijd in en speelde Ousmane Dembélé helemaal niet. Een paar dagen later werd Engeland tijdens een oefenduel in het Stade de France belachelijk gemaakt, terwijl het 45 minuten lang een man meer had. De aanjagers van dat frivool spelende elftal: Dembélé en Mbappé.
Accountant als coach
Een van de grootste criticasters van de coach, Eric Cantona, haalde na de 3-2 zege op de Engelsen daarom nog een keer snoeihard uit. ‘Het potentieel van Frankrijk is krankzinnig’, vertelde hij op Eurosport. ‘Maar waarom staat al dit talent niet op het veld als het er echt toe doet? Het is verbijsterend. Een goede trainer wordt beoordeeld op zijn vermogen een tactisch systeem te vinden waarin zijn beste spelers het best uit de verf komen. Dat gaat alleen niet gebeuren als je wordt gecoacht door een accountant en niet door een visionair.’