Wat kan Feyenoord verwachten van Jaap Stam? De 46-jarige trainer heeft te horen gekregen dat hij kandidaat is om Giovanni van Bronckhorst op te volgen. In VI Rebound daarom een portret uit januari over de coach van PEC Zwolle.
Van Kampen tot Beijing en van Eindhoven tot Kaapstad. Voetballiefhebbers van over heel de wereld kennen de verdediger Jaap Stam. Een beestachtige mandekker, karakteristieke kop en een prijzenkast waar je u tegen zegt. Als trainer is hij echter voor velen een grote onbekende. Tijd om hem nader te introduceren.
‘Het is volkomen logisch dat PEC bij jou is uitgekomen’, begint de journalist. ‘PEC is op zoek naar iemand met een over-mijn-lijk-mentaliteit.’ Jaap Stam, bezig aan zijn achtste interview van de dag, laat een korte stilte vallen. Hij luistert naar een relaas over karakter en zelfvertrouwen. Of beter, het gebrek daaraan in Zwolle. The Dutch Destroyer, The Beast, The Bald Slayer… Dat type kunnen ze volgens onze collega wel gebruiken in Overijssel. Dan breekt de voormalige verdediger in. ‘Niet iedereen kent mij als trainer. Het is niet dat je Jaap Stam binnenhaalt en dat we dan alleen maar gaan lopen schoppen, rossen en tackles maken. Dat is absoluut niet het geval. Ik ben van de Nederlandse School. Ik hou van aanvallend voetbal, attractief voetbal. In een bepaalde structuur…’
De journalist oogt verrast en hij is niet de enige. Mede door zijn afwijkende trainers-loopbaan zijn er maar weinig mensen die de manager Stam kennen. Denken mensen aan De Rots van Kampen, dan gaat het al snel over een meedogenloze verdediger. Stam, pragmatisch als altijd, is niet van plan zichzelf hier te gaan verkopen. Wel heeft hij een tip. ‘Het is misschien beter om spelers te interviewen met wie ik heb gewerkt. Die kunnen precies zeggen hoe ik als trainer ben.’
In het vak gegroeid
We gaan terug naar de winter van 2010. De Zwolse clubleiding besluit om de vrij onbekende Art Langeler aan te stellen als hoofdtrainer. Hij volgt de eerder weggestuurde Jan Everse op. Als assistenten krijgt hij Claus Boekweg én Stam, die eerder op interim-basis voor de groep hebben gestaan. Stam is dan anderhalf jaar voetballer-af. ‘Zij hadden geen diploma’, weet Langeler. ‘Eigenlijk werd er een hoofdtrainer bij de assistenten gezocht.’ De huidige directeur voetbalontwikkeling bij de KNVB voelt direct een klik. ‘Jaap was leergierig. Wel kwam hij net van het veld af. Hij was erg gericht op zijn eigen belevingen als speler. Toentertijd moest je hem nog niet te veel belasten met groepsprocessen of periodisering. We vulden elkaar goed aan. Met Zwolle speelden we erg aanvallend, waardoor we vaak tegen counters aanliepen. Jaap ging vooral met de verdedigers aan de slag. Zo heeft hij veel tijd gestoken in iemand als Eric Botteghin, die vaak de neiging had terug te stappen.’ Ook Bram van Polen heeft goede herinneringen aan die tijd. ‘Jaap en Art hebben van mij een verdediger gemaakt’, vertelt de huidige aanvoerder. ‘Als beginnend verdediger had je enorm veel aan zijn tips.’
‘Als hij meedeed tijdens de partijtjes, was hij echt een monster’
Stam zelf weet dan nog niet of hij trainer wil worden. ‘Ik ben hier eigenlijk een beetje in het vak gegroeid. Iedereen weet dat ik het tijdens mijn actieve carrière niet vaak heb gehad over het trainersvak. Uiteindelijk word je dan hier gevraagd om te helpen, te assisteren. Uiteindelijk gaat het dan groeien. Je krijgt goede feedback, tips en aanwijzingen van bepaalde mensen. Dan ga je daarin door omdat je het leuk vindt.’
Toch duurt het even voordat de voetballer een trainer wordt. Langeler: ‘In het eerste seizoen deden we veel kleine partijtjes. Jaap deed vaak mee. Gaandeweg moesten we hem dan echt afremmen. Hij was ongelofelijk fanatiek, ging verschrikkelijk tekeer. We waren oprecht bang voor blessures.’ Van Polen: ‘Als hij meedeed tijdens de partijtjes, was hij echt een monster.’
Trainen met Stam is gevaarlijk, maar heeft volgens Langeler ook voordelen. ‘Hij was met afstand de beste man op het veld. Daar dwong hij veel respect mee af. In de daaropvolgende jaren werd hij meer en meer trainer. Ja, voor mij was het toen al duidelijk dat hij op een dag hoofdtrainer zou worden.’
Zonder papieren
In 2013 valt het Zwolse fundament uiteen. Langeler gaat naar PSV, Stam naar Ajax. De Toekomst is dan al bekend terrein voor hem. De oud-international heeft er eerder als individueel trainer gewerkt. Nu wordt hij defensieve trainer én assistent van Frank de Boer. In 2014 krijgt hij zijn eerste serieuze klus: samen met Andries Ulderink krijgt hij de leiding over Jong Ajax. De club rept van een duo-functie, maar in de kleedkamer is al snel duidelijk wie de baas is. ‘Dat was Jaap’, vertelt Django Warmerdam stellig. ‘Alleen had hij zijn papieren niet.’
De middenvelder van FC Groningen werkt in Zwolle twee jaar met de oud-speler en is net als zijn teamgenoten lovend. ‘Er gebeurt natuurlijk wel wat in een kleedkamer, er komt wel iemand binnen. Jaap liet ons anders naar het spelletje kijken. Ik was verdediger en Jaap was veel met me bezig. Hoe moet je staan? Hoe dwing je een tegenstander een bepaalde kant op? Hij liet zien hoe deze kleine dingen het verschil kunnen maken.’
Het valt de Ajax-spelers verder op dat Stam tactisch goed onderlegd is. Hij werkt ook veel met beelden. ‘Dat hadden veel spelers niet direct verwacht’, aldus Warmerdam. ‘Bij Jaap Stam denk je toch aan iemand die over lijken gaat. Maar hij was juist heel erg met de tactiek bezig en sprak spelers ook veel een-op-een.’ Said Bakkati beaamt dat. De geboren Groninger wordt in 2015 assistent in Amsterdam en behoort sindsdien steevast tot Stams technische staf. ‘Vergis je niet, Jaap is tactisch zeer sterk. Hij kan zaken goed overbrengen. Daarnaast is hij ook echt een people manager.’
Stam krijgt meer verantwoordelijkheden en groeit in zijn rol. ‘Toen ik in het begin bij PEC Zwolle als trainer rondliep en de beloften deed, had ik de neiging als bepaalde dingen niet liepen, kwaad te worden, te gaan schelden. Maar dat werkt niet’, weet Stam. ‘Je kunt je eigen ik – zoals je was als speler – niet opleggen aan spelers. Je moet kijken naar de spelers die je hebt. Hoe wil ik gaan spelen? Welke kwaliteiten hebben we op dat moment nodig? Dat is een proces dat je als trainer ondergaat. Zelf heb ik trainers gehad die alle spelers op eenzelfde manier benaderden. Een schop onder hun hol gaven bijvoorbeeld. Zo werkt het niet.’
De weifelende student
Stam heeft met de wereldtop gewerkt. Hij speelde onder Louis van Gaal, Dick Advocaat en Guus Hiddink, maar ook Alex Ferguson en Carlo Ancelotti. Zijn aanvallende voetbalvisie ontwikkelt hij al als speler. ‘Tijdens mijn actieve loopbaan heb ik met veel verschillende trainers gewerkt. Je kunt van elke trainer iets leren, je ziet zelf wat goed is en wat niet. Dat je denkt: Ik zou mijn elftal of spelers nooit op die manier benaderen. Dat neem je in die jaren mee. Als trainer hoef je niet opnieuw het wiel uit te vinden, dat is er al. Je moet alleen met jouw ideeën en gedachten het verschil zien te maken.’
Stam is rustig, bedachtzaam en zit op de details. Een perfectionist. Daarnaast is daar zijn indrukwekkende verschijning. ‘In het begin bij Jong Ajax deed ik weleens mee met trainingspartijtjes’, vertelde Stam eerder tegen VI. ‘Als ik er een paar stevige tackles uitgooide, keken die spelers me aan of ik gek was geworden. Dan legde ik uit dat ik het niet deed omdat ik zo graag over het veld wil dweilen. Maar dat je een bepaalde agressiviteit nodig hebt als je elk duel en uiteindelijk ook elke wedstrijd wilt winnen. Uiteraard heeft het de voorkeur op je benen te blijven staan in een duel, maar als je moet corrigeren, moet je weten hoe je een tackle timet en uitvoert.’
Het trainersbloed stroomt. Er is echter één probleem: hij beschikt niet over de juiste papieren. Ondanks zijn 67 interlands en een indrukwekkende prijzenkast, moet Stam de schoolbanken in. En dat is geen succes. ‘Opeens was hij er niet meer’, laat Co Adriaanse zich in december 2014 ontvallen bij Studio Voetbal. ‘Later bleek – en dat heeft hijzelf ook gezegd – dat Jaap vooral problemen heeft met zitten in een klas. Het klassikale. Die dagen horen er ook bij, dat je in Zeist in een lokaal moet zitten met zeventien cursisten. Docenten en experts doceren vervolgens. Daar had Jaap moeite mee. Het was niet het niveau, ook niet de hoeveelheid werk, ook niet dat het hem niet boeide, maar hij heeft klaslokaalangst.’
Zelf bevestigt The Dutch Destroyer het verhaal in VI. ‘Het is niks voor mij om in de schoolbanken te zitten. Ik zat dagenlang aan te hikken tegen die groepslessen. Dat kan de bedoeling niet zijn.’ Uiteindelijk krijgt Stam een opleidingstraject op maat. De gevolgen daarvan zijn volgens Langeler nu nog steeds zichtbaar in Zeist. ‘We zijn de structuur van de cursussen aan het veranderen. Jaap had een totaal andere achtergrond dan ik en toch zouden we dezelfde cursus moeten doorlopen. Dat is niet meer van deze tijd.’
De bejubelde tacticus
Er is interesse uit de Eredivisie, maar Stam kiest vervolgens voor het hem zo geliefde Engeland. Traditieclub Reading, spelend in het Championship, gaat voor een Hollandse revolutie. Technisch directeur Brian Tevreden haalt Stam, Ulderink én Bakkati naar The Royals. De voormalige verdediger heeft nu wél de juiste papieren en gaat als manager aan de slag. Er wordt gebroken met het geliefde kick and rush. ‘We hebben de spelers echt uit hun comfortzone gehaald’, vertelde Stam bij een bezoek van VI. ‘En het mooie was: we merkten meteen hoe leergierig ze waren. Ze voelen zich prettig bij verzorgd voetbal waarmee ze wedstrijden kunnen domineren. Sommige jongens zijn echt andere spelers geworden. Er zijn meer managers die roepen dat ze verzorgd voetbal van achteruit willen spelen. Vaak blijft het daar dan bij. Dan zie je de bal rondgaan in de verdediging, net zo lang totdat ze toch maar weer die lange peer naar voren geven. Wij voeren het heel ver door, we willen combinatievoetbal over het hele veld zien. We zoeken niet de kortste, maar de beste weg naar het doel.’
Joey van den Berg, die in 2016 de overstap maakte van SC Heerenveen naar Reading, spreekt van een ambitieus plan. ‘Hij wilde technisch voetbal spelen met minder begaafde spelers. Laat ik het netjes zeggen: de eerste weken was de rondo van een zeer bedenkelijk niveau…’ Maar uiteindelijk ziet Van den Berg Reading groeien. ‘Dit is niet om te slijmen, maar Jaap is de beste trainer die ik ooit heb gehad. Ik was dertig jaar en dacht alles wel te hebben gezien. Maar toen kwam Jaap. Hij weet met een paar zinnen precies uit te leggen waar iets fout gaat óf wat de sterke punten van een tegenstander zijn. En nog belangrijker: hij weet de sterke punten van het eigen elftal direct te benoemen. Hij geeft vertrouwen.’
‘Jaap kan goed boos worden. Dat deed hij in zijn tweede jaar bij Reading nauwelijks’
De Nederlandse staf begint met de basis-principes van het combinatievoetbal. Vervolgens komt de verdiepingsslag. De middenvelder ziet van dichtbij hoe Stam zich ontwikkelt. ‘Zelden zal een voetballer zo anders zijn als trainer. Een schopper? Ik dacht het niet. Het gaat bij Jaap om voetbal van achteruit, alles wordt uitgedokterd. Ook weet hij wanneer hij een aai over de bol moet geven. Ik had hem in Zwolle meegemaakt als assistent, maar in Engeland was hij heel anders. Hij pakte de leiding. Met Stam aan het roer gaan deuren open, spelers hingen aan zijn lippen. Het helpt vervolgens ook wanneer je als trainer een bal bij iemand op de stropdas kan leggen. Een rondo sloeg hij overigens nooit over. Het was wel altijd even springen als Jaap meedeed… Bloedfanatiek, die man.’
Het ontslag
Het Nederlandse masterplan slaat aan en eindigt op Wembley. In de finale van de play-offs om promotie naar de Premier League verliest Reading van Huddersfield Town. Halverwege het seizoen dringt Stam al aan op versterkingen, maar die komen er niet. Na het succesjaar wint de ploeg slechts acht van de 38 competitieduels. In maart 2018 wordt hij ontslagen. ‘Het eerste jaar was fantastisch’, herinnert Bakkati zich. ‘Het tweede jaar rommelde het binnen de clubleiding en gingen bepalende spelers weg. Dat konden we niet opvangen.’ Ook Van den Berg zag de problemen aankomen. ‘Na dat topjaar waren er te veel jongens die op de automatische piloot speelden. Ik heb er in die periode veel met de trainer over gesproken. Jaap is een vriendelijke man, maar kan ook goed boos worden. Dat deed hij nauwelijks. Het had volgens hem geen zin. Hij wilde wel harde keuzes maken, jongens slachtofferen, maar er waren geen alternatieven. Vanuit de clubleiding was hem van alles beloofd, maar versterkingen bleven uit.’
‘Hij staat voor zijn eigen visie. Wat er verder gebeurt en wat mensen denken, interesseert hem niet’
‘Wat ik knap vind, is dat hij in zichzelf bleef geloven en bleef volharden in zijn eigen filosofie. Hij vertelde dat het ontslag voor hem als een nederlaag voelde. Jaap is ook als trainer een winnaar. Overigens haalde het niks uit: na zijn vertrek hebben ze het roer omgegooid en dat hielp niets.’
Bakkati vult aan. ‘Jaap veranderde niet, ook niet toen het fout ging. Hij staat voor zijn eigen visie. Wat er verder gebeurt en wat mensen denken, interesseert hem niet. Hij heeft alles meegemaakt. Hij is door honderdduizend mensen uitgefloten, maar gaf geen kick. Jaap zal altijd Jaap blijven.’
PEC Zwolle
Het enige verschil is dat hij werkloos wordt. De man die zichzelf ten doel heeft gesteld op een dag in de absolute top te werken, is huisvader en klusser geworden. Hij geeft nog wel training, maar dan bij de jeugd van Hoonhorst. Ver weg van de spotlights wacht hij op een nieuwe kans. Als jeugdliefde PEC aanklopt, lijkt de cirkel rond. Het instapmoment is niet ideaal en diep in zijn hart zou Stam het liefst in Engeland werken. Toch gaat hij de uitdaging aan. Hij ziet groeipotentie, kan op de fiets naar zijn werk en tekent maar voor anderhalf jaar. Voldoende tijd om jeugdliefde PEC weer op de rails te krijgen én de handen vrij te hebben voor een grotere klus.
‘Dit is fantastisch’, meent Langeler. ‘Jaap is de ideale kandidaat.’ Van den Berg sluit zich daarbij aan. ‘Ik heb Boertje (Diederik Boer, red.) en Polen (Bram van Polen) direct een berichtje gestuurd: Zo, nu gaan jullie echt voetbal spelen.’
Volgende week zaterdag debuteert hij als trainer in de Eredivisie met een thuiswedstrijd tegen Feyenoord. Elke stap van de trainer Jaap Stam zal onder een vergrootglas liggen. Bakkati heeft gelijk als hij zegt dat Stam er niet anders van zal worden. De persoon in kwestie haalt demonstratief zijn schouders op. ‘Ik ben hier niet voor mijzelf. Ik ben hier voor de club, het elftal. Dat mensen over mij een mening hebben, weten we allemaal. Het gaat er niet om dat ik me in Nederland moet profileren, omdat ze me hier niet kennen als trainer. Dat interesseert me geen moer. Het gaat om PEC.’