Met de beoogde trainers Erik ten Hag en Alfred Schreuder zal er ook een vleugje Bundesliga bij Ajax naar binnenwaaien. Beide coaches zijn geïnspireerd door werken in het land van de wereldkampioen. Amsterdamse bluf zal gepaard worden aan Duitse deugden. Een flinke cultuuromslag is nabij in de hoofdstad.
Het was in de zomer van 2013 toen Erik ten Hag een rondleiding kreeg op het trainingscomplex van Bayern München. Hij stuitte op een ingelijste spreuk. Wanneer goed niet meer goed genoeg is, moet je zorgen dat het beter wordt. De tegeltjeswijsheid was gedaan door Dettmar Cramer die Bayern München in 1975 en 1976 naar de Europa Cup voor landskampioenen leidde en decennia later werd Ten Hag er nog steeds door geraakt. Want dit was hij, dit appelleerde aan zijn identiteit als trainer. En dit is ook waarom Ajax donderdag hoofdcoach Marcel Keizer uit zijn ambt zette. Goed is niet goed genoeg.
De beoogde nieuwe trainers in Amsterdam zijn oorspronkelijk geschoold volgens de Hollandse wetten van het balbezit-voetbal. Als trainer werden ze de laatste jaren echter ook bijgeschaafd en gemoderniseerd in het land van de wereldkampioen. Erik ten Hag (47) had tussen 2013 en 2015 de beloften van Bayern München onder zijn hoede en vertoefde dagelijks in de invloedssfeer van vernieuwers als Pep Guardiola en Matthias Sammer. Alfred Schreuder (45) is al ruim twee jaar assistent-trainer bij 1899 Hoffenheim, de voormalige dorpsclub die niet kan bogen op traditie of geschiedenis en zich derhalve moet onderscheiden door innovatie. Ze leerden er anders en bewuster te trainen. Ze leerden er ook te denken en te opereren vanuit de omschakeling. En ze leerden er te winnen door flexibel te zijn.
