Met twaalf punten uit elf wedstrijden bezet FC Utrecht momenteel de tiende positie in de Eredivisie. En dus is er kritiek. Op het spel, de trainer en zelfs het aankoopbeleid. Maar eigenlijk heeft FC Utrecht maar één probleem: scoren. Spreek gerust van een historische droogte in de Domstad.
De komende weken zal het in Utrecht veel gaan over de positie van René Hake. De interim-trainer die na het vertrek van John van den Brom (naar RC Genk) te horen kreeg dat hij tot de winterstop het vertrouwen zou krijgen. In de voetballoze periode, voor FC Utrecht tussen 23 december en 9 januari, volgt er een evaluatie met technisch directeur Jordy Zuidam, grootaandeelhouder Frans van Seumeren en Hake zelf.
Wie aan scorebordjournalistiek doet, zal zeggen dat FC Utrecht op zoek kan naar een nieuwe trainer. Sinds de aanstelling van Hake wist Utrecht nog geen wedstrijd te winnen. Het verloor van Ajax (0-3) en PSV (1-2) en speelde gelijk tegen PEC Zwolle (1-1), ADO Den Haag (1-1) en Feyenoord (1-1). Die cijfers zijn Utrecht-onwaardig. Maar wie vervolgens inzoomt op de wedstrijden, zal moeten beamen dat de trainer vooralsnog slachtoffer is van hetzelfde euvel als waar voorganger Van den Brom tegenaan liep: het gebrek aan scorend vermogen. En dat blijkt geen tijdelijk, maar een structureel probleem.