In de woelige baren van een groot toernooi, is Oranje even in rustig vaarwater terecht gekomen. De 3-2 openingszege op Oekraïne heeft wat druk van de ketel gehaald. Voor zolang dat duurt, uiteraard. Maar dezer dagen verloopt het leven in kamp-Oranje kalm. Spelers opgelucht, publiek blij, op naar de volgende krachtmeting. Oostenrijk wacht, komende donderdag.
In de voorbereiding op de groepsduels heeft het Nederlands elftal inmiddels een vast ritme gevonden. Waarin de spanningsboog zorgvuldig wordt opgebouwd. De dag na een wedstrijd staat voor de basisploeg in het teken van herstel en ontspanning. Op matjes naast het trainingsveld rekken en strekken ze wat, plus een beetje losfietsen op de hometrainers in de aanpalende tent. Daarna kijken ze in relaxmodus naar de oefenpartijtjes van de reservespelers. Die vaak het aanzien meer dan waard zijn, vanwege de hoge intensiteit. Dit zijn de momenten waarop ze bij bondscoach Frank de Boer op de deur kunnen kloppen. Zoals Patrick van Aanholt dat succesvol deed, ten koste van Owen Wijndal, in de aanloop naar het duel met Oekraïne.