Lionel Messi. Cesc Fabregas. Gerard Piqué. Drie wereldtoppers. Allemaal geboren in 1987. In het seizoen 2002/03 maakten zij deel uit van Barcelona Onder-15, een jeugdploeg die zijn weerga niet kende. Barcelona’s Cadete A-team bleef dat seizoen ongeslagen, won het Spaanse én Catalaanse kampioenschap en completeerde de treble met de Copa Catalunya, de Catalaanse beker. Messi, Piqué en Fabregas waren blikvangers in de sensationele prestaties van de jonkies. Een verhaal vol herinneringen aan Generación del ’87, de gouden generatie van Lionel Messi.
Het was een zonnige zaterdag in 1997. Voormalig Barça-voorzitter Amador Bernabeu meldde zich op de open dag voor de club in gezelschap van zijn negenjarige kleinzoon.
‘Dit is Gerard,’ vertelde hij aan Albert Benaiges, toen jeugdcoach en later het hoofd van opleidingsinstituut La Masia bij Barcelona. ‘Laat me weten wat je van hem denkt.’ Twee uur later had opa Bernabeu zijn antwoord: ‘Deze jongen,’ vertelde Benaiges hem, ‘is een machine.’
Ik, Carles Rexach, verklaar dat ik van de komst van Lionel Messi naar Barcelona – hoewel niet iedereen het er mee eens is - mijn missie maak
Niet lang daarna kreeg Gerard Pique gezelschap van een talentvolle middenvelder uit Arenys de Mar, een rustig klein stadje aan de Spaanse kust, zo’n 45 minuten van Barcelona vandaan. Francesc Fabregas Soler was zó goed, dat de coach van zijn toenmalige club Mataro weigerde hem op te stellen in wedstrijden tegen de jeugdploegen van Barcelona, uit angst voor de scouts van de Blaugranas. Die tactiek werkte niet lang.
In december van het jaar 2000 werd ook het laatste stukje aan de puzzel toegevoegd. Toenmalig Barça-scout Carles Rexach was al snel overtuigd. De voormalig spits bekeek de Argentijn op een proeftraining en had na vijf minuten genoeg gezien.
‘Ik, Carles Rexach,’ schreef hij achterop een servetje, ‘verklaar dat ik van de komst van Lionel Messi naar Barcelona – hoewel niet iedereen het er mee eens is - mijn missie maak.’
En hij kwam. Overgekomen uit het Argentijnse Rosario, kampend met enkelklachten en dwarsgezeten door bureaucratische problemen omtrent zijn registratie in Spanje, had de jonge Messi in eerste instantie moeite te wennen aan zijn nieuwe omgeving. Hij at en trainde met zijn ploegmaten in La Masia – het landhuis waar de meeste jeugdspelers van buiten de stad verbleven – maar woonde in een klein flatje met zijn vader, in de schaduw van Camp Nou.
‘We dachten dat hij niet kon praten,’ herinnert Fabregas zich. ‘Maar toen hij een bal pakte waren de twijfels weg,’ vult Pique aan.