Het wordt voor Frenkie de Jong (21) zondag een bijzondere bekerfinale tegen Willem II, de club waar hij tien jaar speelde, nooit kon doorbreken, maar wel een onvergetelijke indruk achterliet. Terug in de tijd, naar de Tilburgse jaren van Inspector Gadget.
Het is 2006 en Willem II D1 doet mee aan een zaalvoetbaltoernooi in het Topsportcentrum, naast De Kuip, het stadion van Feyenoord. Tussen de wedstrijden door kunnen de spelertjes individueel meedingen om een penaltybokaal en namens de Tilburgers weet een klein blond mannetje zich te plaatsen voor de finale. De tribunes zijn afgeladen, in het doel staat de keeper van Feyenoord A1 die zó groot is dat er geen ruimte meer over lijkt in het kleine zaalvoetbalgoaltje. Het voetballertje van Willem II neemt een aanloop en stift vervolgens de bal over de vallende doelman. ‘Je kon een speld horen vallen’, zegt Robby Hendriks, toen en nu jeugdtrainer van Willem II. Ruim dertien jaar later heeft hij het moment zo weer op zijn netvlies. ‘Er zaten zo’n tweeduizend man in de zaal en die gingen allemaal uit hun dak. Hij besloot gewoon te stiften! Hadden wij hem niet verteld, hij bedacht het allemaal zelf. We wisten wel dat Frenkie speciaal was, maar dit vergeet ik nooit meer.’