Alisson Becker, Pau López, Fernando Pacheco, Sergio Asenjo, Diego López, Jeroen Zoet en sinds zaterdagavond ook Celta de Vigo-doelman Ruben Blanco zouden een mooi praatclubje kunnen beginnen. Allemaal waren ze dit of vorig seizoen kansloos oog in oog met de meester. Pacheco van Alavés werd verrast doordat Lionel Messi de bal onder de muur door schoot. Zoet leek in Camp Nou een leeg zwembad in te duiken toen de bal over Luuk de Jong de hoek in viel die hij niet afdekte.
Het ritueel is meestal hetzelfde. Hij pakt de bal in zijn handen, draait totdat hij het ventiel heeft gevonden en buigt zich naar de grond om een mooie plek uit te zoeken. Soms ligt de bal niet helemaal naar zijn zin op de juiste grasspriet en volgt een kleine correctie of verplaatsing. Af en toe haalt hij een grassprietje weg achter de bal. Vervolgens frummelt hij wat aan zijn sokken, altijd op dezelfde manier, en neemt zijn positie in. Met zijn handen in zijn zij of ontspannen langs het lichaam wacht hij tot de scheidsrechter op zijn fluit blaast. Hij zegt eigenlijk nooit iets, wel scant hij voortdurend wat voor hem gebeurt. De aanloop is meestal twee passen. Links, rechts en de linkervoet tegen de bal.
YouTube is een schatkist en bijna alles is er te vinden. Wie Messi en free kick intikt in het zoekscherm stuit binnen een paar seconden op honderden video’s. Voor je het weet ben je een kwartier kwijt aan alle vrije trappen die de Argentijn heeft binnengeschoten. Dat zijn er inmiddels bijna vijftig en de grafiek van het aantal treffers per jaar vertoont een curve die schuin omhoog loopt. De aanvaller van Barcelona schiet er steeds meer vrije trappen in. Afgelopen seizoen acht in totaal.