SC Heerenveen lijkt de komende tijd opnieuw de inzet van een machtsstrijd te worden. Intern dekken mensen zich in voor een storm, extern worden plannen en allianties gesmeed. De sneeuwbal rolt inmiddels van de helling en lijkt niet meer te stoppen.
Rijen sluiten
Het is 20 november vroeg in de ochtend wanneer alle medewerkers van SC Heerenveen een mail ontvangen. Daarin stelt de club hen op de hoogte van een artikel dat die dag in de Leeuwarder Courant staat, met daarboven de kop: Waar blijft de visie van Luuc Eisenga? De club concludeert uit de inhoud van het artikel dat diverse medewerkers hebben gelekt. Tijdens een bijeenkomst later die ochtend doet directeur Eisenga een beroep op het personeel om de rijen gesloten te houden.
De brief
Rustig blijft het nog geen dag. Woensdag 21 november, daags na de bijeenkomst, komt de relatie tussen Heerenveen en hoofdsponsor GroenLeven onder druk te staan. Wanneer het bedrijf zich in 2016 aan de club verbindt, wordt afgesproken dat het op en rondom het Abe Lenstra Stadion zonnepanelen mag aanbrengen. Alleen blijkt al snel dat Heerenveen daarmee toezeggingen heeft gedaan die het niet zelfstandig kan nakomen. Het stadiongebied is namelijk in beheer bij Sportstad Heerenveen, waarvan de club slechts huurder is. GroenLeven is not amused, maar stemt in met een middenweg waarin SC Heerenveen erop zal toezien dat het de klus krijgt zodra Sportstad groen licht geeft voor het zonnepark. Tot verbijstering van GroenLeven ontvangt het medio november echter slechts een uitnodiging voor een aanbesteding van Sportstad. Algemeen directeur Roland Pechtold eist op 21 november tevergeefs een oplossing van Heerenveen. Het heeft er inmiddels alle schijn van dat de club met haar toezeggingen in 2016 heeft geblunderd. Het sponsorcontract van GroenLeven loopt na dit seizoen af.
Externe druk
Dit artikel is tot stand gekomen na gesprekken met tientallen betrokkenen in en rondom de club. Door eerdere revoluties die diepe sporen hebben nagelaten, wil nagenoeg niemand on the record zijn verhaal doen, maar alle partijen delen grote zorgen over de situatie van SC Heerenveen. Uit de gesprekken komt een beeld naar voren van een in zichzelf gekeerde club waar de argwaan regeert. De raad van commissarissen is van alle onvrede op de hoogte, maar lijkt het bewaren van de status quo meer prioriteit te geven dan het kritisch beoordelen van de clubleiding. De interne onvrede groeit, de externe druk neemt toe. Hoelang is deze situatie nog houdbaar?