Hij leek voorbestemd eerste doelman van Ajax te worden, maar vorig jaar vond Mickey van der Hart (24) zichzelf terug op de reservebank van PEC. Hij bleek gevoelig voor de vele teleurstellingen en kritiek van buitenaf. Nu staat hij – mede door de hulp van de Zwolse mental coaches – weer zelfverzekerd onder de lat. 'Achteraf denk ik: Had ik dit maar eerder meegemaakt.'
'Dit is toch het allermooiste bestaan?' Mickey van der Hart kijkt hoopvol in onze richting. 'Zondag, keepen voor vijftigduizend man. Zeven dagen lang voel je de adrenaline in je lijf. Dit is waarom je topsporter bent geworden. Je mag best opschrijven dat ik een gelukkig man ben.'
Het is het hoopvolle einde van een bijzonder vraaggesprek. Op de hoek van de grote, bruine eettafel zit de doelman van PEC Zwolle. Na dertig minuten te hebben gesproken over kritiek, twijfel en hoop, gaat het weer over voetbal. Over het treffen met Feyenoord, de kansen van PEC in de Eredivisie. Zijn mening doet er weer toe. Een jaar lang liep de keeper vrij anoniem en met de ziel onder zijn arm door het MAC3PARK Stadion. Nu is hij wederom de gelukkigste speler in de Zwolse selectie. Niet enkel omdat hij weer wekelijks onder de lat staat, maar ook omdat hij naar eigen zeggen in de vorm van zijn leven verkeert. Als doelman maar vooral ook als mens. 'Er staat nu een heel andere man dan pakweg twee, drie jaar geleden.'