Het is alweer vijf jaar geleden dat de eerste buitenlandse clubeigenaar in de Eredivisie van het podium verdween. De Georgiër Merab Jordania droomde van Champions League-voetbal in Arnhem, maar werd weggestuurd met een stadionverbod op zak. Nu is hij terug in Nederland. In Eindhoven om precies te zijn. ‘Het was mijn project, mijn droom.’
Het beeld is surrealistisch. Voor ons sloft Merab Jordania door een royale woonkamer in Noord-Brabant. De voormalige eigenaar van Vitesse draagt een grijs trainingspak en een setje witte pantoffels. Ze zijn zeker twee maten te groot, waarschijnlijk geleend van zoon Levan (21). De voormalige jeugdspeler van Vitesse en Achilles ’29 blijkt op het trainingsveld te staan. ‘Hij speelt bij FC Eindhoven en ze hebben net een nieuwe trainer’, vertelt diens vader, die niet veel later plaatsneemt op een hagelwit bankstel. ‘Ik heb hem gezegd dat het goed nieuws is. De trainer kent nog geen enkele speler, het is zijn kans om te slagen als prof. Misschien wordt hij wel net zo goed als zijn vader.’
‘Ik was emotioneel in die tijd. Misschien wel té emotioneel. Van sommige zaken heb ik wel een beetje spijt’
Wat volgt is een zuinig lachje. Het is de lach waarmee hij drie jaar lang iedereen in Gelredome om zijn vinger wond. Geheimzinnig, soms zelfs een beetje eng. Als de slechterik in een Batman-film voor wie je gaandeweg het verhaal een onverklaarbaar soort sympathie krijgt. De voormalige suikeroom lijkt op het eerste oog geen spat veranderd. Toch is het alweer vijf jaar geleden dat hij door Alexander Chigirinskiy van het pluche werd gesmeten. Jordania zou te veel geld hebben uitgegeven, niet geluisterd hebben naar de orders uit Londen en Moskou. Wat volgde waren rechtszaken tussen de club en Koning Merab; ordinair moddergooien onder het portret van koning Willem-Alexander. Het was definitief gedaan met de feestjes in de skybox.
Onlangs kregen we een appje. Zijn zoon Levan zou een contract tekenen bij FC Eindhoven. Hij was zojuist geslaagd voor zijn inburgeringscursus en was in afwachting van een Nederlands paspoort. Jordania, zelf grootgrondbezitter in Georgië en Rusland, zou een huis voor hem huren in Eindhoven. We waren meer dan welkom. Een week later stonden we voor de deur. Een statig pand in een Eindhovense nieuwbouwwijk. Inclusief kookeiland, vijf slaapkamers en een tv formaatje stadionscherm. Geen slecht onderkomen voor een 21-jarige middenvelder met een opgewaardeerd koelkastcontractje in de Lichtstad. De jongste van twee zonen moest het huis wel delen: met zijn vrouwelijke hulp én vader Merab. ‘Ik denk dat ik de komende maanden weer veel in Nederland ben’, voorspelt Jordania. ‘Ik wil alle wedstrijden van FC Eindhoven zien. Ik zal veel tussen Moskou en Amsterdam vliegen. Het voelt wel weer goed om in Nederland te zijn. Ik heb hier toch een mooie tijd beleefd.’
Gelukszoekers
Hoe leg je de jongste generatie voetbalfans uit wie Merab Jordania is? De man tegenover ons is een oud-profvoetballer die vooral naam maakte als makelaar en voetbalpresident. Een invloedrijk man die eerder aan het hoofd stond van de Georgische voetbalbond én Dinamo Tblisi. Een zakenman in trainingspak, die door zijn ietwat schimmige manier van handelen nogal eens in aanraking kwam met justitie. In 2010 werd Jordania gepresenteerd als de eerste buitenlandse eigenaar in de Eredivisie. Het was baanbrekend. In een overvolle persruimte repte hij over de landstitel én Champions League-voetbal in Arnhem. De traditionele topdrie was gewaarschuwd.