In aanloop naar het nieuwe seizoen maakt VI de balans op bij alle Eredivisie-clubs. Met in deze editie VVV-Venlo, waar reuzenspitsen zorgen voor hoop op directe handhaving.
Vooruitblik
Een jaar geleden was VVV-Venlo voor velen de voornaamste degradatiekandidaat. De club verraste vriend en vijand met rechtstreekse handhaving, een prestatie die vooral gebaseerd was op het puntentotaal van voor de winterstop. De schaarse punten en het bleke spel van de laatste maanden waren ook voor de technische leiding reden voor zorg. Nu wacht het beruchte tweede seizoen na promotie, waarin de verwachtingen omtrent VVV wat zullen zijn aangescherpt, ook gezien de teams die er in de Eredivisie bij zijn gekomen.
De realiteit is dat de Venlose club nog altijd zeer beperkte middelen heeft en opnieuw boven zichzelf moet zien uit te stijgen om niet in grote degradatienood te komen. VVV moest lijdzaam toezien hoe Clint Leemans en Vito van Crooij, twee sterkhouders de voorbije jaren, door PEC Zwolle werden weggeplukt. Het met die transfers gemoeide geld vloeide vrijwel volledig terug naar externe investeerders.