Frenkie de Jong hoeft dezer dagen maar bij een tegenstander weg te draaien of een steekballetje te versturen, en een hele Arena ligt in katzwijm. Wat niet heel vreemd is, want hij is speciaal. Zoals een kwart eeuw geleden ook die andere middenvelder dat was. En Clarence Seedorf schuurde op nóg veel jongere leeftijd al tegen de wereldtop aan. Ter ere van zijn 43ste verjaardag een wonderlijk interview uit 1994 met een wonderlijk koningskind.
Twee jaar eerder had hij voetballend Nederland al versteld doen staan. Nadat hij zowel in de strijd om de KNVB-beker als de UEFA Cup zijn opwachting had gemaakt, werd Seedorf (op 29 november 1992 tegen FC Groningen) ook in de Eredivisie de jongste Ajax-debutant aller tijden. Een record dat hij dit seizoen pas moest afstaan aan Ryan Gravenberch, die met zijn 16 jaar, 4 maanden en 7 dagen nog een tikkeltje jonger was dan zijn 16 jaar, 7 maanden en 27 dagen oude voorgangeer. En na dat debuut maakte de zo volwassen ogende en sprekende Seedorf zich steeds onmisbaarder voor Ajax.
‘Baresi kwam met een uitgestoken elleboog aanzetten, maar ik hield even in en hij zeilde me zo voorbij. We keken elkaar aan en toen moest ik lachen’
Ten tijde van dit interview was hij ondanks de moordende concurrentie in de selectie van Louis van Gaal meestal basisspeler en waren de Amsterdammers verzekerd van een plaats in de kwartfinale van de Champions League. Vooral de twee zeges op AC Milan, in het Olympisch Stadion en Triëst, waren indrukwekkend. Seedorf praat daarover, maar eveneens over het ontstaan van zijn ijzersterke karakter, de videobanden van vader Johan, zijn bijna telepathische connectie met Frank Rijkaard, de kleine wrijvingen met een aantal andere Godenzonen, de al voorzichtig ontluikende liefde voor Italië en de reden waarom John de Wolf en hij dezelfde kleurige overhemden dragen. ‘Ik ben wel gevoelig voor mode.’