Zelden maakte in het Nederlandse voetbal een voorzitter zoveel verschil. Bij de aanstelling van Karel Aalbers in 1984 was Vitesse op sterven na dood. Maar de juwelierszoon uit Velp redde de club, sterker: hij gidste ze binnen vijf jaar van bodem Eerste Divisie naar Europees voetbal. En tussendoor schonk hij ze in zekere zin een hypermodern stadion. Toch staat er van Aalbers, die deze zondag 71 jaar wordt, geen standbeeld voor Gelredome.
De man die door een luciferdoosje op het idee kwam van dat multifuctionele complex met verrijdbaar veld, die liever out dan in the box denkt, die succestrainers als Bert Jacobs, Herbert Neumann, Henk ten Cate en Ronald Koeman naar Arnhem haalde en topspelers als Phillip Cocu, Nikos Machlas, Bart Latuheru, Edward Sturing, Dejan Curovic, Sander Westerveld en Pierre van Hooijdonk, om er maar een paar te noemen, werd nog net niet met pek en veren weggestuurd bij Vitesse. Zijn tegenstanders spraken zelfs over fraude en Aalbers werd later veroordeeld voor een gevalletje belastingontduiking. Hoe het ook zij: toen de voorzitter op 15 februari 2000 na zestien bewogen jaren op straat stond, stapelde de schuldenlast zich op voor FC Hollywood aan de Rijn.
'Ik met twaalf generaals, hup uit de kleren en die sauna in. Komen we er uitgelopen, zien we Bert Jacobs zitten met het uniform van een van die generaals aan. Ik schrok me kapot!'
En dus is Aalbers er medeverantwoordelijk voor dat de club uit Ernhem in handen van de Russen kwam. Voor deze aflevering van Historische Interviews gaan we terug naar 1991 als Vitesse in zijn allereerste Europese seizoen is uitgeschakeld door Sporting Portugal, Gelredome nog Akzodrome moet gaan heten en VI’s verslaggever Frans van den Nieuwenhof en fotograaf Focko van Dantzig met de parttime voorzitter/parttime zakenman op zakenreis mogen. Naar de op dat moment uiteenvallende Sovjet-Unie. Naar toenmalig deelrepubliek en inmiddels zelfstandige natie Oezbekistan. Dankzij de immer grenzen verleggende voorzitter en een aantal sponsors had Vitesse destijds al lijntjes met de heren uit het oosten. Een bijzonder verhaal over handel in katoen, fosfor en uranium, over vieze mopjes bij een glaasje konjak, over ordinair geld verdienen, over de wondere wereld van Mister Aalbers.